zeehonden en Brandberg - Reisverslag uit Swakopmund, Namibië van Fred Daniels - WaarBenJij.nu zeehonden en Brandberg - Reisverslag uit Swakopmund, Namibië van Fred Daniels - WaarBenJij.nu

zeehonden en Brandberg

Blijf op de hoogte en volg Fred

03 Februari 2013 | Namibië, Swakopmund

Dank voor jullie medeleven en berichten uit Nederland. Allereerst gefeliciteerd aan Kim, die vandaag 11 jaar is geworden. "Lang zal ze leven in de Gloria"
Na mijn vorige verslagje uit hentiesbaai wilde ik naar de supermarkt maar werd afgeleid door de geur van gebakken vis. Jullie hadden het al geraden, Hentiesbaai is er voor de vissers. Elke winkel gekoopt er vissspullen, elke B&B heeft een vissersnaam. Ik volgde mijn neus naar het visrestaurantje om de hoek. Het hangt er vol met foto's van mensen met hun vangst. Er wordt vanaf het strand gevist met hengels en de meeste foto's laten zien dat kabeljauwen van 20-30 kilo wel een foto aan de wand waard zijn. Ik bestelde dus kabeljauw met frietjes, wat wij een Lekkerbekje noemen en at mijn buik vol aan de grote moot kabeljauw. Goed gevuld reed ik door naar de Cape Cross zeehondenkolonie. Daar draait zich de maag wel even om. Een paar duizend robben liggen er te zonnen op de rotsen en het strand. Er is een walkway met een stevig hekwerk gemaakt om er tussendoor te kunnen lopen zonder dat ze je poot eraf bijten. een verselijke herrie want ze roepen naar hun jongen en ze schreeuwen naar elkaar om hun plekjes te behouden. Verder is de stank enorn, want overal liggen dode jongen in alle staten van ontbinding. Het was al laat in de middag en ik kon maar een uurtje blijven, maar dat was ook wel genoeg. Toen ik weg reed rook ik een kilometer inland nog de lucht. Ik reed een stukje naar het noorden en toen met de late zon in de rug het buinnenland in. Een ongelofelijke weg door een landschap dat mij aan de planeet Mars doet denken. Eindeloze vlaktes met stenen, heuvels met stenen in de verte en door het lage licht aangeschenen tot een diep-rode kleur. Het was prachtig en ik stopte e;lke keer weer om foto' s te maken. Uiteindelijk kwam ik op een kruising waar ik rechtsaf moest. Die weg was verschrikkelijk slecht. Diepe wasbord-ribbels maakten het rijden tot een grote ellende. Er waren stukken bij waar ik terug moest naar 20 km per uur om de auto te sparen en dan nog was ik elke keer bang dat er iets zou breken. Ik zag sinds Hentiesbaai geen andere auto's meer en ook geen enkel ander teken van menselijk leven. Uiteindelijk werd het te laat om nog door te rijden en sliep ik die nacht aan de kant van de "weg" in het veld. De volgende morgen rustig verder gereden kwam ik na 2 uur aan in Uis, een klein dorp met wat voorzieningen voor mensen die onderweg zijn naar de Brandberg. De Brandberg zelfis ook zo' n graniet-rots, maar dan een hele grote zoals Ayers-Rock. Ik had hem de hele avond ervoor al gezien toen ik over die rotweg kwam aanrijden. In Uis lekker gegeten en de auto geinspecteerd. Behalve een wat krakende schokdemper aan de linkerachterkant lijkt er niets gebroken. Dat is werkelijk ongelofelijk. Even afwachten hoe het met die demper zal gaan, maar zelfs zonder dempers kan met ook wel rijden, als je maar niet te hard gaat. Ik ben na de middag doorgereden naar de Barndberg White Lady lodge. Een kleine oase in de grote en barre leegte. Zwembadjes, rotstuinen, vruchtbomen een lodge en een restaurant en een camping met plaatsen onder grote oude Acasiabomen. Er staat elke middag veel wind, dus best een moeilijk klimaat. Ik sprak met de eigenaar Albri. Zij hebben overvloedig water uit een ondergrondse rivier. In de voormalige rivierbedding nu droog, loopt zelfs een familie wilde olifanten. Verder houden ze in de lodge allerlei vogels in foullaires en het meisje van de receptie heeft een tam stockstaartje. Ze heeft hem pas twee weken, maar als sociaal dier is ie nu al heel tam en komt naar je toe om opgenomen te worden. heel leuk, zoiets als een jong katje. Ik ben 's avonds nog naar de ingang van de kloof gereden van waar je naar de rotstekeningen kan lopen. Ik was de laatste en enige bezoeker. Eerst wilde ik niet verder gaan, want ik hou helemaal niet van lopen in zo' n omgeving, maar op aandrang van de ranger ben ik toch gegaan. Er was gelukkig hier en daar al schaduw van de rotsen aan weerszijden van de kloof. Toch was ik blij dat ik het "pad" kon volgen naar de rostoverhang waaronder die tekeningen te zien zijn. Een figuurtje van een centimeter of 25 hoog werd door Breuill in 1917 voor een White Lady aangezien. Theorien werden gevormd dat dit gemaakt zou zijn door mensnen die vanuit Prehistorisch Zuid Europa in Afrika getrokken zouden zijn, maar later onderzoek wees uit dat de "lady" een penis van 5 centimeter heeft. Nu wordt gedacht dat het een shamaan is. Ook die theorie lijkt mij wat te ver gezocht, maar zo gaat het (naar wat ik nu weet) steeds met de interpretie van archaeologische vondsten. Die archaeologen en ook de kamergeleerde antropologen begrijpen die culturen helemaal niet goed en daarom denken ze van alles te zien wat volgens mijn specialiteit in de kennis van levende volken die nog traditioneel jagers/verzamelaars zijn, helemaal niet zo waarschijnlijk is. Ik was nog net voor donker terug bij de auto en bij het lopen over dit onbekende pad mis je je gewone bril wel. Ik heb een bril voor verafzien en niet eens zo sterk. Overdag draag ik hem nooit, omdat ik dan een zonnebril op sterkte op heb. maar in de schemer op onbekend terrein is ie toch wel handig. Terug rijdend naar de lodge op 20km lang zandpad kon ik met de lichten aan ook nog wel beter zien door mijn zonnebril. Ik was toch blij dat ik er was. Het werd een maanloze nacht me heldere sterren.
Vandaag is een rustdag. Het was koud vanmorgen, met binnentrekkende mist uit zee en ik ben na mijn eerste kop koffie weer terug in bed gekropen en pas on 12 uur weer uitgekomen. Rustig hier gebleven en vanmiddag in lodge in het zwembadje gelezgen en wat gedronken. Ik mocht de computer gebruiken voor het internet, want het is heel rustig met gasten.
Nu ga ik stoppen, tot schrijvens,
Fred


  • 03 Februari 2013 - 18:45

    Co Hartensveld:

    Fred. Wat is het leuk om jouw stukjes te lezen. Met al die bijzondere "dingen" die je beleeft.
    Succes met je reis. Doe je wel voorzichtig? Goed nadenken voordat je een besluit neemt.
    Groetjes. Co.

  • 03 Februari 2013 - 20:10

    Adriaan:

    Een leuk, levendig reisverslag. Zelf ook eens zo'n kolonie zeedieren gezien: je beschrijving van de stank herken ik! Met de duizenden foto's die jij maakt (gaat maken), moet je toch wel een maand of 10 fotograaf van de maand worden! Succes met je werk! Groeten, Adriaan.

  • 03 Februari 2013 - 20:37

    Johan Rimmelzwaan:

    Hallo Fred.
    Ik lees iedere keer met genoegen je wederwaardigheden maar nu heb ik een vraag.
    Dat gaat over die rotstekening.
    De ene zegt het is een vrouw, de andere ziet er een penis in enz.
    Maar wat denk jij dat je gezien heb?
    Ik vond het nogal raadselachtig wat je schreef.
    Ik ben benieuwd naar je antwoord.

    Johan

  • 05 Februari 2013 - 16:00

    Han:

    Mooie landschappen.
    groeten, Han

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Fred

Een photo zegt meer dan 1000 woorden. Zie mijn photosite op Flickr.com/photos/AlfredDaniels. Gymn. B. Sociale- en Culturele Antropologie in Leiden. Vele jaren in Azie: India, Maleisie; Thailand. Onderzoek bij jagers/verzamelaarsvolken. Zeven jaar gereisd in de Verenigde Staten. Nu op reis voor een nog onbekend aantal jaren in Afrika. Op zoek naar het Paradijs: nog niet gevonden. Wel gevonden: het wonder op de planeet Aarde. onderstaand artikel n.a.v interview door Alfons de Wit. Alfred Daniels zoekt naar de oorsprong van het leven. Alfred Daniels maakte, na het behalen van zijn Gymnasium bêta-diploma een opmerkelijke keuze. Waar een studie medicijnen; mechanica of natuurkunde voor de hand zou hebben gelegen, koos hij voor culturele antropologie. “Ik was geboeid geraakt door de vraag waar het leven vandaan is gekomen en hoe de mensheid zich ontwikkeld heeft. Dan kun je de verhalen lezen van archeologen, die vaak moeten uitgaan van allerlei ver- en vooronderstellingen, maar je kunt ook zelf gaan kijken bij de jagers- en verzamelaarsvolken. Dat zijn volken die in de manier waarop ze met de natuur omgaan nog het dichtst bij de oorsprong van het menselijk leven zijn gebleven. Er zijn nog een paar kleine groepjes over in de wereld. Kijk, toen ik nog studeerde in Leiden bestonden er al wel onderzoeken waarbij enkele individuen van zulke jagers-en verzamelaarsvolken buiten hun woon- en leefgebied zijn onderzocht. Die waren meegenomen naar de beschaafde wereld en die heeft men toen geprobeerd te interviewen en hun taal en hun verhalen op te schrijven. Als je echter een beeld van hun leefomstandigheden wil krijgen dan zul je de mensen ook in hun leefomgeving moeten observeren. Of dat gevaarlijk is? Ik weet het niet. Je moet ze met open blik tegemoet treden en primitief kunnen leven. Gelukkig hebben we nu ook moderne medicijnen en snel vervoer voor als het mis gaat. Kijk zij hebben ook een bepaald comfort in hun leven, maar dat zit in kleine dingen en alleen als je met hen samenleeft kun je daar ook van genieten: lekkere dingetjes om te eten, een heerlijk beschut plekje om te slapen. Ze leven in kleine groepen van maximaal 35 mensen die van bladeren en takken een hutje bouwen. Als het voedsel, dat ze rond hun kampje verzamelen, begint op te raken pakken ze hun spullen op hun rug en maken ze een nieuw kamp een paar kilometer verderop. Als mens kijken ze echt door je heen. Ze hoeven niets van jou, dus het persoonlijke contact is alles voor hen. In Maleisie is zo' n groep waarvan bekend was dat ze zo schuw waren dat je er alleen maar lege dorpjes kon zien, waaruit de mensen weggelopen waren. Ik werd daar onmiddellijk geaccepteerd en toen ik vroeg waarom ze niet weggelopen waren toen ze mij zagen komen, zeiden ze ‘Als je ogen het zelfde uitstralen als je hart, dan kunnen we wel met je omgaan’. Misschien is dat bij mij het geval, want ik heb nog nooit problemen gehad om contact te leggen met zulke volken. Daniels ging op zijn twintigste al, over land, naar India. “in dat deel van Azie zitten nog wel 200 stammen, volken. Bovendien is India een van de oudste en meest invloedrijke culturen in Azie, met een grote diepgang. Op de universiteit ontmoette ik mijn vriendin Corry van der Sluijs, waarmee ik jarenlang samen heb gereisd. Helaas is zij in 2002 aan kanker overleden en sinds die tijd ga ik weer alleen op pad. Begin van dit jaar ben ik naar Afrika gegaan. Ik heb tweedehands een auto gekocht waarmee ik in de bush uit de voeten kan en ik ben eerst door het Krugerpark getrokken en daarna vooral in de Kalahariwoestijn. In zuidelijk Afrika leven de San of bosjesmannen. Er liggen ook nog savannegebieden, waarvan gedacht wordt dat het de omgeving is waar in de oudheid de eerste mensen rechtop zijn gaan lopen. Ook de dieren waarop ze gejaagd hebben zijn daar nog in het wild te observeren. Ja, de eerste mensen hebben zich ontwikkeld in Afrika; alle opgravingen wijzen daarop. Hoe zij hun eigen wereld beleven, dat is nu mijn belangrijkste thema. Het grootste verschil met ons is dat ze leven in een organische verbondenheid met hun omgeving. Alles in hun omgeving heeft een levende ziel en hoewel alles voortdurend van vorm verandert: alles groeit, alles beweegt, blijft het dezelfde ziel houden. Door de kracht van hun eigen ziel hebben ze mentaal invloed op hun omgeving. Daardoor hebben ze een volledig vertrouwen in de natuur en leven met de zekerheid dat ze altijd genoeg zullen hebben. Als ze bedreigd zouden worden of als er te weinig regen valt, dan trekken ze weg naar een ander deel van de natuur. Ze bezitten weinig maar ze hebben het gevoel dat alles om hen heen voor hen is. Het is inderdaad dichtbij het paradijs” Daniels doet zijn werk volledig onbetaald en ontvangt van geen enkele instantie subsidie. “Het zou wel lekker zijn, maar ik kan mezelf financieel net overeind houden. Ik ga wel naar internationale conferenties, maar ik heb voor mijn werk nog nooit iets gevraagd en ook nog nooit gesolliciteerd. Mijn manier van leven heeft als voordeel dat ik me geen zorgen hoef te maken voor een carrière, ik hoef geen baas naar de mond te praten, en niemand te overtuigen van het nut van wat ik doe. Ik doe dus precies datgene waarvan ik vind dat dat belangrijk is en dat dat nodig is. Daardoor kijk ik ook heel open naar de wereld om mij heen en vaak loop ik tegen zaken aan waarvan ik denk ‘dat niemand daar nou nog is opgekomen’. Als ik het dan belangrijk vind breng ik het onder de aandacht en kunnen degenen wiens baan dat is er misschien iets aan doen. Zo werd laatst een hele grote milieuconferentie gehouden in Kopenhagen. Ik kreeg het programma in handen en zag dat er geen woord in stond over flairs, dat zijn affakkelinstallaties op gas- en olievelden. Die staan 24 uur per dag te branden en roet uit te stoten. Ze brengen methaangas tot heel hoog in de atmosfeer, waar het niet kan uitregenen. Methaan is 23 keer slechter voor het broeikaseffect dan CO2. Ik heb een mail gestuurd naar de VN organisatie die verantwoordelijk was voor toezicht op de olie-en gasbronnen. Met de milieuconferentie in het vooruitzicht moesten ze wel met een standpunt komen. Twee weken na mijn mail was er 200 miljoen beschikbaar om het flair probleem op te lossen. Zo heb ik ook indertijd iedereen die ik kende gewaarschuwd om niet naar Afghanistan te gaan. Het is een wespennest daar. Ik ben zelf in 1975, toen er nog geen sprake van oorlog was, een maand door Afghanistan gereisd. Sindsdien bleef ik de ontwikkelingen daar enigszins volgen. De oorlog daar gaat volgens mij helemaal niet om Taliban of El Queda of om de ontwikkeling van vrouwen en arme mensen. Het gaat om wegvallende defensie budgetten aan het einde van de koude oorlog. Verder praat niemand erover waar de heroine van Afghanistan blijft. Het land is de grootste heroine producent ter wereld. Kofi Annan heeft eens gezegd dat er in de handel in verboden drugs in de wereld evenveel geld omgaat als in de autoindustrie van Europa en Amerika tesamen. Ook schijnt niemand te weten dat er grote olie -en gas voorraden gevonden zijn in het noordoosten van Afghanistan in het midden van de jaren zeventig, waarna er een stammenstrijd om de macht (contracten) ontstak. Ik heb er ook voor gewaarschuwd dat een enkele muntsoort voor heel Europa het onmogelijk maakt om verschillen in welvaartsontwikkeling tot uitdrukking te brengen, zoals voorheen gebruikelijk was door middel van inflatie van een muntsoort. Daarom waren de Peso, de Lira en de Dragme zoveel minder waard dan de D-mark en de Gulden. Het risico dat de ondernemers snel en flexibel konden incalculeren wordt nu dus afgewenteld op de overheid die geen ander middel beschikbaar heeft dan het door te schuiven op de belastingbetaler. Helaas wilde men naar deze adviezen indertijd niet luisteren, hoewel velen moeten hebben begrepen dat ik gelijk had. Het zal een kwesties van eigenbelang en geld zijn: mooie baantjes voor mensen met veel ego en een middelmatig verstand, wat ze echt niet opgeven voor het algemeen belang, ook al worden ze betaald om juist dat te behartigen. Zulk soort ongevraagde en onbetaalde adviezen doe ik de laatste twintig jaar wel een paar keer per jaar; soms met de politiek, soms met de ontwikkeling van onze samenleving of wat goed is voor ons allemaal." Alfred Daniels kijkt uit naar de maand december. Dan pakt hij weer zijn rugzak om voor enkele maanden af te reizen naar Afrika, op zoek naar nieuwe inzichten in het ontstaan en de ontwikkeling van de mensheid. Ik begrijp het leven nu wel veel dieper dan 30 jaar terug, maar het blijft een wonder en een passie om er zoveel mogelijk van te leren. ” Wie zijn reizen in Afrika wil volgen moet blijven kijken op de weblog: freddaniels.waarbenjij.nu

Actief sinds 26 Dec. 2010
Verslag gelezen: 382
Totaal aantal bezoekers 369498

Voorgaande reizen:

27 December 2010 - 15 Augustus 2023

Zuidelijk Afrika

Landen bezocht: