Zo 30 juni en maandag 1 juli - Reisverslag uit Nederland, Nederland van Fred Daniels - WaarBenJij.nu Zo 30 juni en maandag 1 juli - Reisverslag uit Nederland, Nederland van Fred Daniels - WaarBenJij.nu

Zo 30 juni en maandag 1 juli

Door: Alfred Daniels

Blijf op de hoogte en volg Fred

02 Juli 2019 | Nederland, Nederland

Dank je Henk en Gaston, zoals de engelsman uit de Falklandeilanden van de week nog zei: “het moeilijkste is om de motivatie erin te houden als het allemaal zoveel langer duurt dan je gewild had.” Een beetje morele steun van vrienden is dan heel welkom.

Zondag 30 juni. Ik word om bijna twaalf uur middernacht wakker van de wind en ga dan pas dit verslag van de zondag schrijven. Vanmorgen was ik al vroeg bij de boot omdat ik wil proberen de motorophanging hoger te krijgen voordat het te warm wordt in de zon. Ik maak daarvoor een extra 5 mm dyneemalijn onder het frame door en zet die voorlopig op de klemmen die bedoeld zijn voor de traveller van de overloop. Dan trek ik daarmee het frame met de motor hoog op tot het frame onder tegen de beam raakt. Het scheelt zo’n 12 centimeter met hoe de motor hing. De onderkant van de motorplank komt nu 40 centimeter boven het water. Als ik deze lijn losmaak zakt de motor terug naar de positie van waarin ik hem kan gebruiken. Ik zou er dan een rubber spatzeil als kraag omheen kunnen maken. Ik maak ook de lijn los die ik gespannen heb rond de opening in de trampoline. Die lijn moet ook het trampolinedoek op spanning houden en het Dyneema is opgerekt. Ik kort hem in en zet er nu twee kleine wandspanners aan zodat ik hem in de toekomst gemakkelijker op spanning kan brengen. De trampoline komt erdoor omhoog en voelt ook steviger aan.
Als de zon te warm wordt zet ik allebei de zonnetentjes omhoog. Aan het nieuwe stuk zeildoek dat ik had meegenomen ga ik de roestvrijstalen S-haken vastklemmen. Het zeil voelt meteen heel beschut en het is veel koeler eronder. Ik heb nu zon en wind en regenbeschutting over de volle breedte van 5 meter dus ook over de kajuitjes en over de hele lengte tussen de mast en achterbeam. Dat is 2,5 meter. De meeste jachten hebben dat niet ! De hoogte is ongeveer 1.40, maar het “dak” is zacht en veert mee dus het is niet dat je je kop stoot. Dan verdubbel ik rondom de elastieken waarmee de zonnetentjes aan de beams vastzitten. Nu ik zojuist wakker ben geworden van de plotseling opkomende wind moest ik meteen aan die tentjes met het zeil ertussen denken want ik heb ze omhoog laten staan vannacht. Het is een mooie test, maar ik hoop wel dat het goed gaat nu ik er niet bij ben! De nieuwe luiken zijn sowieso wel een succes. Het is veel gemakkelijker geworden om het halve luikje open te doen en even iets te pakken of op te bergen in het opbergnet dat er recht onder hangt. Ook het tillen en schuiven van het hele luik is gemakkelijker geworden als de twee helften op elkaar liggen. Dank je wel James Wharram en Hanneke Boon. De zelfbouwers die ik op het internet gezien heb hebben geen van allen het zo gedaan. In plaats daarvan grote scharnieren aan de zijkant en dus maken ze van de luiken grote windvangers. Dan komen Christiaan en Antoinette terug. Ik loop met Christiaan naar de botenstalling voor de dinghies. Daar ligt een heleboel ongebruikt spul aan oude mastjes en windsurfer gieken en masten. “Tientallen jaren ligt het al hier ongebruikt”, zegt Christiaan. Ik zoek een windsurfermast uit waarvan ik een gennakerboegspriet wil maken. Aan de voet zit er plakband omheen dus daar zal ie wel gebarsten zijn. Als ik die mast als een boegspriet vanaf de mastbeam over de voorste beam heen leg steekt ie nog wel tweemeter tien voor de voorstag van de boot uit. Ik wil hem zo gaan vastmaken dat ik hem kan terugtrekken om bij de punt te kunnen komen. Dat lijkt me het veiligste. Ik heb nog een tweemeter glasvezel stok die net iets dunner is en die wil ik binnen in de punt van de windsurfermast schuiven om die stijver en sterker te maken. Daarom laad ik alles op het dak van de auto en rij terug naar de camping. De glasvezelstok is aan de achterste helft iets te dun. Ik smeer die helft van de stok in met epoxylijm en plak er een laagje glasvezeldoek op om hem iets dikker te maken. Terwijl dit nog zacht is smeer ik een dikke laag epoxylijm met de hand om de hele stok en schuif hem dan in de mast. Hij zakt niet vlot genoeg naar de punt en ik duw hem met een houten bezemsteelstok een stuk dieper maar die stok is net niet lang genoeg en nu krijg ik hem er niet meer uit. Oei dat is even spannend want als het niet lukt heb ik een (lang) probleem. Uiteindelijk door veel te stampen en te rammelen zakt de glasvezelstok tot ie net met de punt naar buiten komt uit de mast. Pfff dat was even spannend. Maar dan krijg ik de houten bezemsteel er niet meer uit dus moet ik nog meer stampen en rammelen maar nu de andere kant op. Het duurt een poosje maar gelukkig komt ook dat goed. Ik draai de glasvezelstok aan de punt een paar keer rond in de mast om de lijm mooi te verdelen en zet hem dan rechtop tegen een boom. Even uitpuffen naast de caravan met een pot thee en wat rusks. Ik wordt altijd meteen moe als ik met epoxy werk maar of dat van de stress van het werken met die kleverigheid komt of van de chemische stof weet ik niet. Ik ga douchen en blijf lekker even uitrusten bij de caravan. De camping is weer leeg geworden nu de pinkstervakantie voorbij is. Het is er heerlijk rustig. Ik heb niet eens honger en eet alleen een paar rusks bij de thee. Na een uurtje krijg ik weer zin om het dekzeiltje voor het peddleboard af te maken. Ik snij het in de vorm van het peddleboard met een heet mes waardoor het nylondoek meteen dichtsmelt en dan steek ik langs de randen van het doek gaten er in met een heet gemaakte vijl. Dan rijg ik een lang stuk elastiek rondom door de gaten. Zo dat zit heel goed en is ook klaar. Als het peddleboard helemaal klaar is kan ik VAYANA misschien wel voorin de jachthaven aan de mooring leggen of voor anker in de haven zodat ik in mijn eentje kan gaan varen als ik er zelf zin in heb en niet langs al die jachten hoef. Het is juli: de sardinerun voor de kust is begonnen. De megascholen zitten nu nog in diep water, maar oh wat zou ik dat graag zien. Hoe dicht ze bij de kust zullen komen en hoe dicht ze bij de oppervlakte komen is ieder jaar verschillend. Het hangt af van de watertemperatuur. De miljarden sardines voeden zich met het rijke plankton in koud water. Een van de zeilers vertelde dat ie een emmer van die planktonsoep had opgevist. Er dreven duizenden eitjes in waarin hij de visjes kon zien bewegen. De sardines worden gevolgd door duizenden roofvissen en vogels. Dolfijnen, walvissen, haaien maar ook tonijnen en Jacks en zeilvissen en tientallen andere soorten grote vissen en zeevogels jaagt dan op de sardines. Het is een van de grote natuurspektakels van de wereld die ieder jaar plaatsvindt. Maar of het aan de oppervlakte zichtbaar wordt is zo onvoorspelbaar dat er met vliegtuigjes naar wordt uitgekeken en de kranten er soms melding van maken. Het gebeurd ook wel dat de sardines zo het strand opzwemmen. Dan ligt er een laag van een halve meter dik op het zand en komen de mensen van heinde en verre met emmers en plastic zakken om hun koelkasten te vullen.

Maandag 1 juli. Vanmorgen na het ontbijt rij ik naar de stad en ik ga eerst bij Mike langs. Hij heeft mij vorig jaar het hout geleverd om de beams van te maken en ook een werkruimte en gereedschap beschikbaar gesteld. Het is leuk om hem weer te zien en we praten wel een uur over van alles. Zijn voorouders komen uit Workum in Friesland, maar hij is daar zelf nooit geweest. Dan rij ik door naar het Boltcentre, de ijzerwarenhandel. Ik koop er 10 messing boutjes m4 30mm om er breekpennen van te maken voor de kleine buitenboordmotor. Dan een nieuwe bankschroef want de oude is te zwaar mishandeld om nog goed te kunnen sluiten en te openen. Dan 3 rvs boortjes m4 want die breek ik steeds. De boormachinekop is er ook slecht aan toe. De kleine machine is ook vaak overbelast. Ze kunnen hem niet repareren maar geven mij een adres waar ze dat misschien wel kunnen. Ik rij erheen. Het is naast Mike ! Ze zullen hem nakijken en mij een offerte doen per email. Dan rij ik terug naar de camping en ga ik in de schaduw van de caravan een 5 cm dikke stok van 30 cm lang met een mesje en een vijl dunner maken zodat hij achter in de windsurfermast geschoven kan worden. Met een mes een punt aan een stok snijden. Dat is misschien wel een van de eerste handelingen met werktuigen dat de mensheid is gaan doen. Het is ook heel ontspannend. Als ie perfect op maat is doe ik er epoxylijm omheen en schuif hem in de dikke kant van de windsurfermast. Die mast was daar al kapot (gespleten) dus nu wordt ie weer sterk. Als het klaar is leg ik het peddleboard op de auto en ik rij naar de boot. Ik kom Annet tegen. Zij en haar man Wil zijn gisterenavond aangekomen. Leuk ze weer te zien. Piet komt ook net aanlopen en helpt mij om het peddleboard over het steiger naar de boot te dragen. Zo die ligt er weer op.
Dan ga ik de lijnen die langs de gaffel lopen netjes afsplitsen want die had ik alleen maar geknoopt omdat ik niet zeker was van de goede lengte. De spanlijn van de bovenkant van het zeil moet een stukje ruimte hebben anders glijdt het zeil niet lekker om de mast. Het zeilplan dat Wharram bedacht heeft is zeer origineel en heel veilig en effectief. Op het internet zijn er mensen die erover praten alsof het ouderwets is, maar die begrijpen niet dat het zeilplan juist super innovatief en heel veel gunstige eigenschappen combineert. Het hoort helemaal bij zijn inzichten in zeewaardigheid en veiligheid maar ook snelheid en effectiviteit. Ik hoop dat de lijnen nu precies de juiste lengte hebben om het zeil mooi te zetten. Ik kan het niet uitproberen want er steekt opeens veel wind op. Een zuidwester met stevige windvlagen. Daardoor kan ik wel mooi zien hoe de tentjes zich gedragen. Die staan heel rustig want alles is open en horizontaal dus de wind kan er geen vat op krijgen. De trampoline laat ook wind ontsnappen en de twee zijwandjes zijn van een openwave schaduwdoek. Er staat nu dus 15 m2 tentdoek omhoog bij vlagen van 6 BF en het staat alleen vast aan de randen met een paar stukken elastiek. Ja, ik heb het denken van James Wharram goed begrepen en in de bouw van de tentjes op mijn manier toegepast. VAYANA reageert nauwelijks op de sterke windvlagen terwijl ik de boten naast mij flink zie bewegen. Ik ga even in de stuurboordromp op bed liggen. Het voelt beschut en veilig. Ik hoor geen gekraak en geen geklots en geen gepiep. De boot helt niet en de wind fluit en giert niet door snaarstrakke verstagingen. Dat is nog eens comfort waar nooit iemand over praat ! Dank je wel James Wharram, dat je zo’n fijne en mooie boot ontworpen hebt ! Ik laat de tentjes gewoon opstaan vannacht en rij terug naar de camping waar ik ga douchen en nog een uurtje nadenk over de boegspriet. Dat is geen ontwerp van Wharram dus dat moet ik zelf doen. Ik wil hem vooral hebben om de boeg van de boot omhoog te laten trekken bij veel wind op ruime koersen en op voor de windse koers met hoge golven. Het zeil voor de mast trekt aan de boot en geeft lift dus misschien kan ik het hele grootzeil dan wel laten zakken en dan stuurt de boot zichzelf en kan ik onder mijn tent zitten. Zelfs een stormfokje wordt dan als een vlieger waar de wind ook aan de onderkant van het zeil weer uit kan. De boegspriet lijkt me ook handig bij heel weinig wind (Madagaskar) om meer zeil te kunnen voeren. Kijk maar eens naar de Dhows met hun latijnzeilen. Met mijn dubbele Bolle Jan kan ik zonder grootzeil 41 m2 zeil voeren terwijl het drukpunt heel laag blijft. Zo kan je met je ogen dicht de oceaan over. Maar dromen zijn dromen, eerst maar eens zien hoe ik het constructief oplos want ik ben geen ingenieur of scheepsarchitect.
Het is half vijf in de ochtend. Ik wordt wakker van een een paar agressieve eekhoorns. De bushbaby mengt zich ook in het verbale gevecht dat wel een half uur duurt. Of zijn het twee eekhoorns die de bushbaby proberen weg te jagen?

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Fred

Een photo zegt meer dan 1000 woorden. Zie mijn photosite op Flickr.com/photos/AlfredDaniels. Gymn. B. Sociale- en Culturele Antropologie in Leiden. Vele jaren in Azie: India, Maleisie; Thailand. Onderzoek bij jagers/verzamelaarsvolken. Zeven jaar gereisd in de Verenigde Staten. Nu op reis voor een nog onbekend aantal jaren in Afrika. Op zoek naar het Paradijs: nog niet gevonden. Wel gevonden: het wonder op de planeet Aarde. onderstaand artikel n.a.v interview door Alfons de Wit. Alfred Daniels zoekt naar de oorsprong van het leven. Alfred Daniels maakte, na het behalen van zijn Gymnasium bêta-diploma een opmerkelijke keuze. Waar een studie medicijnen; mechanica of natuurkunde voor de hand zou hebben gelegen, koos hij voor culturele antropologie. “Ik was geboeid geraakt door de vraag waar het leven vandaan is gekomen en hoe de mensheid zich ontwikkeld heeft. Dan kun je de verhalen lezen van archeologen, die vaak moeten uitgaan van allerlei ver- en vooronderstellingen, maar je kunt ook zelf gaan kijken bij de jagers- en verzamelaarsvolken. Dat zijn volken die in de manier waarop ze met de natuur omgaan nog het dichtst bij de oorsprong van het menselijk leven zijn gebleven. Er zijn nog een paar kleine groepjes over in de wereld. Kijk, toen ik nog studeerde in Leiden bestonden er al wel onderzoeken waarbij enkele individuen van zulke jagers-en verzamelaarsvolken buiten hun woon- en leefgebied zijn onderzocht. Die waren meegenomen naar de beschaafde wereld en die heeft men toen geprobeerd te interviewen en hun taal en hun verhalen op te schrijven. Als je echter een beeld van hun leefomstandigheden wil krijgen dan zul je de mensen ook in hun leefomgeving moeten observeren. Of dat gevaarlijk is? Ik weet het niet. Je moet ze met open blik tegemoet treden en primitief kunnen leven. Gelukkig hebben we nu ook moderne medicijnen en snel vervoer voor als het mis gaat. Kijk zij hebben ook een bepaald comfort in hun leven, maar dat zit in kleine dingen en alleen als je met hen samenleeft kun je daar ook van genieten: lekkere dingetjes om te eten, een heerlijk beschut plekje om te slapen. Ze leven in kleine groepen van maximaal 35 mensen die van bladeren en takken een hutje bouwen. Als het voedsel, dat ze rond hun kampje verzamelen, begint op te raken pakken ze hun spullen op hun rug en maken ze een nieuw kamp een paar kilometer verderop. Als mens kijken ze echt door je heen. Ze hoeven niets van jou, dus het persoonlijke contact is alles voor hen. In Maleisie is zo' n groep waarvan bekend was dat ze zo schuw waren dat je er alleen maar lege dorpjes kon zien, waaruit de mensen weggelopen waren. Ik werd daar onmiddellijk geaccepteerd en toen ik vroeg waarom ze niet weggelopen waren toen ze mij zagen komen, zeiden ze ‘Als je ogen het zelfde uitstralen als je hart, dan kunnen we wel met je omgaan’. Misschien is dat bij mij het geval, want ik heb nog nooit problemen gehad om contact te leggen met zulke volken. Daniels ging op zijn twintigste al, over land, naar India. “in dat deel van Azie zitten nog wel 200 stammen, volken. Bovendien is India een van de oudste en meest invloedrijke culturen in Azie, met een grote diepgang. Op de universiteit ontmoette ik mijn vriendin Corry van der Sluijs, waarmee ik jarenlang samen heb gereisd. Helaas is zij in 2002 aan kanker overleden en sinds die tijd ga ik weer alleen op pad. Begin van dit jaar ben ik naar Afrika gegaan. Ik heb tweedehands een auto gekocht waarmee ik in de bush uit de voeten kan en ik ben eerst door het Krugerpark getrokken en daarna vooral in de Kalahariwoestijn. In zuidelijk Afrika leven de San of bosjesmannen. Er liggen ook nog savannegebieden, waarvan gedacht wordt dat het de omgeving is waar in de oudheid de eerste mensen rechtop zijn gaan lopen. Ook de dieren waarop ze gejaagd hebben zijn daar nog in het wild te observeren. Ja, de eerste mensen hebben zich ontwikkeld in Afrika; alle opgravingen wijzen daarop. Hoe zij hun eigen wereld beleven, dat is nu mijn belangrijkste thema. Het grootste verschil met ons is dat ze leven in een organische verbondenheid met hun omgeving. Alles in hun omgeving heeft een levende ziel en hoewel alles voortdurend van vorm verandert: alles groeit, alles beweegt, blijft het dezelfde ziel houden. Door de kracht van hun eigen ziel hebben ze mentaal invloed op hun omgeving. Daardoor hebben ze een volledig vertrouwen in de natuur en leven met de zekerheid dat ze altijd genoeg zullen hebben. Als ze bedreigd zouden worden of als er te weinig regen valt, dan trekken ze weg naar een ander deel van de natuur. Ze bezitten weinig maar ze hebben het gevoel dat alles om hen heen voor hen is. Het is inderdaad dichtbij het paradijs” Daniels doet zijn werk volledig onbetaald en ontvangt van geen enkele instantie subsidie. “Het zou wel lekker zijn, maar ik kan mezelf financieel net overeind houden. Ik ga wel naar internationale conferenties, maar ik heb voor mijn werk nog nooit iets gevraagd en ook nog nooit gesolliciteerd. Mijn manier van leven heeft als voordeel dat ik me geen zorgen hoef te maken voor een carrière, ik hoef geen baas naar de mond te praten, en niemand te overtuigen van het nut van wat ik doe. Ik doe dus precies datgene waarvan ik vind dat dat belangrijk is en dat dat nodig is. Daardoor kijk ik ook heel open naar de wereld om mij heen en vaak loop ik tegen zaken aan waarvan ik denk ‘dat niemand daar nou nog is opgekomen’. Als ik het dan belangrijk vind breng ik het onder de aandacht en kunnen degenen wiens baan dat is er misschien iets aan doen. Zo werd laatst een hele grote milieuconferentie gehouden in Kopenhagen. Ik kreeg het programma in handen en zag dat er geen woord in stond over flairs, dat zijn affakkelinstallaties op gas- en olievelden. Die staan 24 uur per dag te branden en roet uit te stoten. Ze brengen methaangas tot heel hoog in de atmosfeer, waar het niet kan uitregenen. Methaan is 23 keer slechter voor het broeikaseffect dan CO2. Ik heb een mail gestuurd naar de VN organisatie die verantwoordelijk was voor toezicht op de olie-en gasbronnen. Met de milieuconferentie in het vooruitzicht moesten ze wel met een standpunt komen. Twee weken na mijn mail was er 200 miljoen beschikbaar om het flair probleem op te lossen. Zo heb ik ook indertijd iedereen die ik kende gewaarschuwd om niet naar Afghanistan te gaan. Het is een wespennest daar. Ik ben zelf in 1975, toen er nog geen sprake van oorlog was, een maand door Afghanistan gereisd. Sindsdien bleef ik de ontwikkelingen daar enigszins volgen. De oorlog daar gaat volgens mij helemaal niet om Taliban of El Queda of om de ontwikkeling van vrouwen en arme mensen. Het gaat om wegvallende defensie budgetten aan het einde van de koude oorlog. Verder praat niemand erover waar de heroine van Afghanistan blijft. Het land is de grootste heroine producent ter wereld. Kofi Annan heeft eens gezegd dat er in de handel in verboden drugs in de wereld evenveel geld omgaat als in de autoindustrie van Europa en Amerika tesamen. Ook schijnt niemand te weten dat er grote olie -en gas voorraden gevonden zijn in het noordoosten van Afghanistan in het midden van de jaren zeventig, waarna er een stammenstrijd om de macht (contracten) ontstak. Ik heb er ook voor gewaarschuwd dat een enkele muntsoort voor heel Europa het onmogelijk maakt om verschillen in welvaartsontwikkeling tot uitdrukking te brengen, zoals voorheen gebruikelijk was door middel van inflatie van een muntsoort. Daarom waren de Peso, de Lira en de Dragme zoveel minder waard dan de D-mark en de Gulden. Het risico dat de ondernemers snel en flexibel konden incalculeren wordt nu dus afgewenteld op de overheid die geen ander middel beschikbaar heeft dan het door te schuiven op de belastingbetaler. Helaas wilde men naar deze adviezen indertijd niet luisteren, hoewel velen moeten hebben begrepen dat ik gelijk had. Het zal een kwesties van eigenbelang en geld zijn: mooie baantjes voor mensen met veel ego en een middelmatig verstand, wat ze echt niet opgeven voor het algemeen belang, ook al worden ze betaald om juist dat te behartigen. Zulk soort ongevraagde en onbetaalde adviezen doe ik de laatste twintig jaar wel een paar keer per jaar; soms met de politiek, soms met de ontwikkeling van onze samenleving of wat goed is voor ons allemaal." Alfred Daniels kijkt uit naar de maand december. Dan pakt hij weer zijn rugzak om voor enkele maanden af te reizen naar Afrika, op zoek naar nieuwe inzichten in het ontstaan en de ontwikkeling van de mensheid. Ik begrijp het leven nu wel veel dieper dan 30 jaar terug, maar het blijft een wonder en een passie om er zoveel mogelijk van te leren. ” Wie zijn reizen in Afrika wil volgen moet blijven kijken op de weblog: freddaniels.waarbenjij.nu

Actief sinds 26 Dec. 2010
Verslag gelezen: 162
Totaal aantal bezoekers 347437

Voorgaande reizen:

27 December 2010 - 15 Augustus 2023

Zuidelijk Afrika

Landen bezocht: