Dond. 11 vrijd. 12 juni - Reisverslag uit Nederland, Nederland van Fred Daniels - WaarBenJij.nu Dond. 11 vrijd. 12 juni - Reisverslag uit Nederland, Nederland van Fred Daniels - WaarBenJij.nu

Dond. 11 vrijd. 12 juni

Door: Alfred Daniels

Blijf op de hoogte en volg Fred

13 Juli 2019 | Nederland, Nederland

Donderdag 11 juli. Ik was van plan vandaag opnieuw te gaan zeilen, maar de dag begint helemaal windstil. Dan ga ik bij de caravan maar wat klussen. Daar is het in de schaduw van de grote bomen en de rust van de omgeving heerlijk toeven. Met alleen de aapjes en de vogels, de vlinders en de mongoesen is dit de beste plek. Ik mag wel heel dankbaar zijn met deze camping anders had ik echt niet kunnen volhouden wat ik in zoveel maanden voor elkaar gekregen heb. De jachtclub heeft zelf ook een kleine camping op een mooie lokatie maar die ligt meer op de wind. En juist de afwisseling van omgeving vind ik ook wel heel prettig. Ik ga de twee voetplaten waar de windvaan op moet komen te staan mooi wit verven. De verf die ik nog had was behoorlijk dik ingedroogd maar met veel thinner en lang roeren wordt het nog goed. Als het schilderwerk klaar is meet ik het stuk schaduwdoek van 3 bij 3 meter af waar ik voor-en achterwandjes van wil maken voor de tentjes op de boot. Daar ben ik nog wel twee uur aan het bezig want ik maak een mes heet op het elektrische kookplaatje en daarmee smelt ik door het doek. Het gaat met stukjes van 25 cm tegelijk. Dan is het mes alweer afgekoeld en moet het opnieuw een minuut op het kookplaatje opwarmen tot het mes weer boven de smelttemperatuur van het doek is gekomen. Tegen 12 uur komt er wind opzetten. Ik maak mijn klusje nog even af en dan ga ik de spullen in de auto opbergen en ik rij naar de boot. De twee bandjes waarmee het grootzeil aan de giek hangt zijn allebei bovenop doormidden gescheurd. Ik snap nog niet wat er precies gebeurd is. Maar de stukken waar die bandjes aan het zeil genaaid waren zijn nog helemaal goed dus ik maak een dunne schroevendraaier roodheet op een campinggas brandertje en smelt dan twee gaten per bandje door het zeildoek heen. Daar gaat een dyneema lijntje doorheen in plaats van die stukjes zeilband. Dan haal ik de fok uit de auto en mijn zeilkleding en waterdichte zak voor de portemonnee en de Iphone en ik loop terug naar de boot en maak een plannetje hoe ik kan wegvaren uit die box zonder iets te raken. Ik start eerst de motor maar laat die in vrijloop en trek VAYANA dan uit de box en keer haar en stap dan pas aan boord. Er staat heel weinig wind dus dat gaat goed. Ik vaar op de motor de jachthaven uit en wil daar de zeilen gaan hijsen. Maar pas dan ontdek ik dat ik de schoten van fok en het grootzeil nog achter in de auto heb laten liggen. Met zoveel verschillende dingen tegelijk bezig zijn en nog praten tussendoor met de andere mensen op de jachthaven dan vergeet je wel eens wat ! Ik stuur VAYANA op de motor naar het strandje voor het clubgebouw en wil vandaar teruglopen. Even kijken hoe het afstappen vanaf de voorste trampoline gaat. Eerst erop gaan zitten en dan een klein sprongetje. Dat gaat prima. Ik breng het anker naar het strand en duw dat diep in het zand. Het is een 7.5 kg Bruce en dat moet ruim voldoende zijn voor deze lichte boot, ook als het op zee hard zou waaien. Bovendien heb ik twee van zulke ankers nog een voor reserve. Ik heb ook nog een kleine Bruce van 2 kilo voor het peddleboard. Dat kleintje zou voor hier aan het strand ook voldoende zijn geweest. Of alleen een lange lijn en aan een boom vastbinden. Nu kan ik meteen even proberen hoe ik de aangroei van de onderwaterverf er afhaal. De algen gaan er wel vanaf met een grote schuurspons en de zeepokken steek ik ervan af met het blad van de paddel. Ik kan wel op armlengte tot net helemaal onderaan het diepste deel van de kiel komen zonder mijn hoofd in het water te hoeven steken. Tussen de rompen in moet ik wel diep bukken onder de trampoline. Die ‘binnenkanten’ had ik dus juist gemakkelijker kunnen doen in iets dieper water. Wow, de onderwaterverf komt ervan af alsof het poeder is. Als ik klaar ben is 20% van mijn verf ook verdwenen en zie ik de rode onderverf erdoor. Dat valt me behoorlijk tegen. Ik had er toch wel een nieuwe laag op willen zetten en ook de waterlijn in het midden met 10 cm hoger willen maken maar dat het er zo gemakkelijk vanaf gaat had ik niet gedacht. Misschien is de schuurspons nog te grof? Ik had in januari 2018 twee lagen erop gesmeerd en op de roeren en skeggen en boegen drie lagen. Maar de boot heeft maar 6 maanden echt in het water gelegen en dat zonder te varen. Op een stuk van ongeveer een meter lengte waar de onderwaterverflijn net iets te laag was zitten de zeepokken zo vast dat ik bij het afschrapen de rode verf ook beschadig. Waar ik gisteren de steiger raakte zit ook een kleine verfbeschadiging van enkele centimeters. Andrew is op dit strandje ook bezig aan zijn 42 voets Pahi. Ook een Wharram design dat zijn vader nog hier op de werf gebouwd heeft. Hij ligt al een paar weken hier aan het strandje en is elke dag aan het werk om zijn boot op te knappen. Hij heeft deze week ook zijn onderwaterverf vernieuwd. Hij gebruikt een harde variant onderwaterverf en niet de zelf-afslijpende variant die ik gekocht had. Maar hij zegt dat hij ook elk jaar een nieuwe laag aanbrengt. Als ik klaar ben is het water al een stuk gezakt. VAYANA ligt nu grotendeels vast op het strand maar de roeren drijven nog wel vrij. Ik ga opduwen tegen de boeg en dan schommelen zodat het zand loskomt van de kiel. Dan kan ik VAYANA nog net terugduwen omdat ze weer los van de zandbodem komt. Dat is ook wel een voordeel van deze rompvorm met een diepe V vorm waar ik nog niet eerder zo over nagedacht had. Door het schommelen creëer je een spoor in het zand dat zich vult met water, waardoor ie loskomt. Met een plattere bodem zou dat zo waarschijnlijk niet gaan. Maar hoe slecht is het beachen voor de onderwaterverf?
Opstappen op de voorste trampoline gaat het beste door achterwaarts opdrukken. Misschien moet ik nog een paar handgrepen maken aan de voorste beam zodat je ook jezelf aan boord kan trekken over je buik als het vanuit dieper water zou zijn. Touwlussen? Of heb ik straks voldoende aan de boegspriet? Moet hier niet ook een trapje of laddertje komen? Het water achter de boot waar het touwladder hangt is dieper dus als je eerst zou omlopen moet je wel tot je middel in het water voordat je aan boord kan klimmen. Voorop een extra stepje of laddertje is misschien ook handig. Dan peddel ik naar dieper water. De lange peddel van het peddleboard komt goed van pas. Daar wil ik er nog wel een reserve peddel bijhebben. Dan start ik de motor en vaar terug want de zon gaat al snel onder. Ik let nu beter op de snelheid van het varen met de motor. Mensen hadden gezegd dat de boot zo snel voer op de motor. Het is inderdaad heel behoorlijk. Ik schat minstens 4-5 knopen op half gas en misschien wel 7 op volgas. Ik maak een aantal rondjes en probeer met verschillende snelheden om gevoel te krijgen voor het varen op de motor en de draaicirkels enz. Dan vaar ik terug de jachthaven in en de box in. Blij dat ik de peddel steeds bij de hand heb en de pikhaak en een springlijn, maar vooral ook dat Maurice mij ziet aankomen en even naar de punt van de steiger loopt om de spring op de kikker te leggen. Zou ik dat ook zelf met de pikhaak hebben kunnen doen? Ik ruim alles op en schrik me wild als ik bij de auto ontdek dat ik de waterdichte tas met portemonnee en Iphone niet kan vinden. Terug op de boot zoek ik overal en dan nog een keer in de auto voorin en achterin. Daar wordt ik wel heel nerveus van. Voor de derde keer naar de boot en dan vind ik hem op het achterdekje net achter de beam. Ik moet hem al mee hebben willen nemen en via het achterdek van de boot willen afstappen toen ik bedacht om eerst nog even iets anders te pakken en hem toen uit mijn handen gelegd en vergeten. Nee, ik heb nog geen routine. Pfff wat ben ik blij dat ik hem weer heb. Kan ik er niet een riem aan maken, dan had ik hem niet neergelegd? En een reflexiestreep als het nog donkerder zou zijn geweest? Waar is mijn deklamp en mijn koplamp? Nog in de caravan. Nee, ik ben nog niet georganiseerd. Ik loop naar de bar en ga er een biertje drinken. Mag ik met mijn natte kleren wel binnenkomen vraag ik de Commodore die daar ook net is? Ja hoor, de dresscode is alleen wel dat je een shirt aan moet en sandalen of schoenen en geen hoofddeksel op. Christiaan en Maurice zijn er ook. Ze kijken naar een cricket wedstrijd. Nu kan ik ze eindelijk een biertje geven uit dank voor de toegesnelde hulp. Ik bestel wat eten en ga dan dit verhaal schrijven. Op de camping stap ik met mijn natgeworden kleren nog aan zo onder de warme douche. Ik had voor ik de zee instapte beter iets aan kunnen trekken dat met minder zoetwater kan worden uitspoelt. Het was een leerzame dag. Zouden ze dit ook bedoelen met ‘ mindfullness’?? Koop een boot, je verveelt je nooit? Gaston !

Vrijdag 12 Juli. Als ik wakker wordt hoor ik de golven op de kust. Er staat veel wind. Op de camping sta ik goed beschut en is het best aangenaam zonnig en niet echt koud. Ik rijg de nieuwe fokkeschoten in. Ze zijn wel drie meter korter dan de lijnen die ik hier gekocht had. Ik had ze nog liggen in de schuur thuis. Ik hoop dat ze toch lang genoeg zijn om dubbel te gebruiken met de kleine genua en het zijn in ieder geval echte schootlijnen en dikker en veel beter om in de hand te houden. Dan zet ik de voetplaten voor de windvaan helemaal in elkaar nu de verf goed hard is opgedroogd. Dan het touwladder. Een nieuwe bovenstok erin met een zachte slang er omheen tegen stoten aan de bootrand. Alle lijntjes netjes afsmelten nu ik weet op welke lengte ze moeten zijn. Ook twee aanleglijnen splits en smelt ik opnieuw af. Dan rij ik naar de boot. Ik zet nog een van de aanleglijnen erbij want de wind is behoorlijk en ik heb liever een lijntje teveel. De fok rol ik op in een grote nylontas zoals je op Schiphol kan kopen als je oversized bagage meeneemt. Handig die grote tassen. Er staat teveel wind om ook op de kant nog iets te doen dus ik ga op bezoek bij Gordon. Hij blijkt een prachtige catamaran te hebben: een Leopard van 42 voet. Het lijkt wel een condo (flat) met een groot balkon. Hij heeft hem al 4 jaar en de boot is 11 jaar oud. Zo met de kop op de wind liggend is het best aangenaam op de boot ook al ligt ie helemaal op het eind van de steiger waar je de meeste wind vangt. Er zijn drie slaapkamers en twee badkamers met douche en toilet. Op het brugdek is een ronde zithoek. Naar buiten toe een glazen schuifdeur en buiten is ook een ronde zithoek. De stuurstoel met stuurwiel is aan de stuurboordzijde en op een verhoging van meer dan een meter zodat je over het dak kan uitkijken. Er is geen binnenbesturing. Hij heeft maar een meter diepgang zonder zwaarden. Volgens Gordon is ie ontworpen voor een gezin om lange tijd mee te varen. Erg handig vindt hij de douche met een ingebouwde zitplaats want op zee kun je eigenlijk niet staande douchen door de bewegingen van de boot. Verder is er heel veel kastruimte en de motoropstelling vind ik zeer ruim en goed toegankelijk. De hoogste snelheid die hij ermee gevaren heeft was onder spinnaker en surfend op grote golven: 15 knopen. Aan-de-wind varen vindt hij niet prettig met golven die aan de binnenzijde tegen de romp aan lijzijde slaan. Aan het dek ter hoogte van buitenzijde van de achterbeam zijn stress barsten zichtbaar in de gelcoat. Ik denk er savonds nog eens over na dat als ik zo’n grote boot zou hebben zou ik de indeling wel heel anders willen maken. Wat moet je met drie slaapkamers waar je alleen maar op bed kan liggen en dat zijn bedden die zo breed zijn dat je heen en weer rolt als de boot vaart. En waarom zoveel zitplaatsen? Om een feest voor 20 mensen te kunnen geven? Het lijkt meer een weekeindhuisje aan het water dan een blue ocean cruiser. Ik zou liever een of twee comfortabele ligstoelen of zitbedden hebben die verstelbaar zijn en liefst ook verplaatsbaar. En dan goede verduistering langs de ramen en een centraal geplaatst groot tv-scherm waarop ook de navigatie te zien zou zijn en radar/sonarbeelden van de omgeving. Buiten wil ik een omkleedruimte met een stoel erin en een private buitendouche en ernaast een drooghok om natte spullen uit te kunnen hangen. Helemaal achterop op het niveau van de waterlijn een opbergruimte voor duik- en zwemspullen met een compressoraansluiting. Ook een droge ruimte voor een vouwfiets of kleine brommer of motorfiets met een rijplaat naar de steiger en een kraantje (davids) als het een motorfietsje is. Dan een droge ingerichte gereedschapswerkplaats. Gordon heeft opvallend weinig spullen aan boord en alles is keurig en schoon. We blijven nog wel anderhalf uur praten met koffie erbij. Hij was software ingenieur en hij heeft nu zijn bedrijfjes verkocht en is gepensioneerd. Hij heeft veel gereisd, ook in Afrika. Zijn kaartplotter is kapot gegaan (2 jaar oud). Hij moet opgestuurd worden naar Engeland. Ook andere problemen aan boord zijn meestal elektrische problemen geweest. Nu is er ook een scharnier van de deur van de ingebouwde koelkast afgebroken ( de koelkast is wel direct achter de schuifdeur geplaatst in tegenstelling tot de badkamer/ kleedkamer) en het kost 200 Euro om een nieuw scharnier te bestellen. Als James Wharram denker zou ik het andere (verchroomde) scharnier er ook afhalen en twee mooie latjes en een rijg-lijntje gebruiken om de scharnieren allebei te vervangen. Hoe meer ik er over nadenk hoe meer mij opvalt dat zo’n hele boot er gedepersonaliseerd uitziet. Het is als een moderne auto: je rijdt erin maar er zit niets individueels aan. Maar wel een prachtige ruimte. Ik rij naar de supermarkt en ik koop er fruit en rusks en melk.Terug op de jachthaven is de wind iets afgenomen. Ik heb nog ruim een uur de tijd om de vier nieuwe tentwandjes om te zomen. Met contactlijm gaat dat nogal gemakkelijk. Ik laat genoeg ruimte vrij in de zomen om een koord of elastiek te kunnen inrijgen. Dan wordt het te donker. Het is vrijdag barbecue avond op het clubhuis. Nicky van 15 komt gedag zeggen en aan tafel zitten. Ze heeft een T-shirt aan met een NASA logo. Ze wil ruimtevaartingenieur worden, maar misschien ook wel psycholoog en volgend jaar een baantje als serveerster. Ik zeg als ze haar school afmaakt kan ze alles worden wat ze wil, maar niet alles tegelijk. Ze vraagt zich af hoe de wereld ten einde zal komen door toedoen van de mensen, maar ik denk dat de wereld helemaal niet tot een einde komt en dat de realiteit de mensen steeds weer zal dwingen zichzelf te corrigeren en ze steeds verstandiger zal maken. Het is ook het begin van de viswedstrijd. Na een lange speech van Morgan gaan de vissers meteen naar het water want ze hebben tot zondagochtend 11 uur de tijd om de grootste of meest bijzondere vis te vangen. Vissoorten die beschermd zijn moeten met een schepnet uit het water gehaald worden en dan moet er snel een foto van gemaakt worden met een meetlint ernaast en de vis moet weer teruggezet worden in het water. De overige vis wordt zondagmiddag gezamenlijk gebarbecued. Wil en Annet zitten aan mijn tafel en bij het startsein gaat Annet meteen terug naar hun boot om te gaan vissen. Ik vertel nog een mooi verhaal over vissen uit de tijd dat ik in huis was bij een opperhoofd van een Indianenstam in de Verenigde Staten. Dat vinden ze heel grappig en leerzaam of zoals men vroeger zei: “ter leering ende vermake”.

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Fred

Een photo zegt meer dan 1000 woorden. Zie mijn photosite op Flickr.com/photos/AlfredDaniels. Gymn. B. Sociale- en Culturele Antropologie in Leiden. Vele jaren in Azie: India, Maleisie; Thailand. Onderzoek bij jagers/verzamelaarsvolken. Zeven jaar gereisd in de Verenigde Staten. Nu op reis voor een nog onbekend aantal jaren in Afrika. Op zoek naar het Paradijs: nog niet gevonden. Wel gevonden: het wonder op de planeet Aarde. onderstaand artikel n.a.v interview door Alfons de Wit. Alfred Daniels zoekt naar de oorsprong van het leven. Alfred Daniels maakte, na het behalen van zijn Gymnasium bêta-diploma een opmerkelijke keuze. Waar een studie medicijnen; mechanica of natuurkunde voor de hand zou hebben gelegen, koos hij voor culturele antropologie. “Ik was geboeid geraakt door de vraag waar het leven vandaan is gekomen en hoe de mensheid zich ontwikkeld heeft. Dan kun je de verhalen lezen van archeologen, die vaak moeten uitgaan van allerlei ver- en vooronderstellingen, maar je kunt ook zelf gaan kijken bij de jagers- en verzamelaarsvolken. Dat zijn volken die in de manier waarop ze met de natuur omgaan nog het dichtst bij de oorsprong van het menselijk leven zijn gebleven. Er zijn nog een paar kleine groepjes over in de wereld. Kijk, toen ik nog studeerde in Leiden bestonden er al wel onderzoeken waarbij enkele individuen van zulke jagers-en verzamelaarsvolken buiten hun woon- en leefgebied zijn onderzocht. Die waren meegenomen naar de beschaafde wereld en die heeft men toen geprobeerd te interviewen en hun taal en hun verhalen op te schrijven. Als je echter een beeld van hun leefomstandigheden wil krijgen dan zul je de mensen ook in hun leefomgeving moeten observeren. Of dat gevaarlijk is? Ik weet het niet. Je moet ze met open blik tegemoet treden en primitief kunnen leven. Gelukkig hebben we nu ook moderne medicijnen en snel vervoer voor als het mis gaat. Kijk zij hebben ook een bepaald comfort in hun leven, maar dat zit in kleine dingen en alleen als je met hen samenleeft kun je daar ook van genieten: lekkere dingetjes om te eten, een heerlijk beschut plekje om te slapen. Ze leven in kleine groepen van maximaal 35 mensen die van bladeren en takken een hutje bouwen. Als het voedsel, dat ze rond hun kampje verzamelen, begint op te raken pakken ze hun spullen op hun rug en maken ze een nieuw kamp een paar kilometer verderop. Als mens kijken ze echt door je heen. Ze hoeven niets van jou, dus het persoonlijke contact is alles voor hen. In Maleisie is zo' n groep waarvan bekend was dat ze zo schuw waren dat je er alleen maar lege dorpjes kon zien, waaruit de mensen weggelopen waren. Ik werd daar onmiddellijk geaccepteerd en toen ik vroeg waarom ze niet weggelopen waren toen ze mij zagen komen, zeiden ze ‘Als je ogen het zelfde uitstralen als je hart, dan kunnen we wel met je omgaan’. Misschien is dat bij mij het geval, want ik heb nog nooit problemen gehad om contact te leggen met zulke volken. Daniels ging op zijn twintigste al, over land, naar India. “in dat deel van Azie zitten nog wel 200 stammen, volken. Bovendien is India een van de oudste en meest invloedrijke culturen in Azie, met een grote diepgang. Op de universiteit ontmoette ik mijn vriendin Corry van der Sluijs, waarmee ik jarenlang samen heb gereisd. Helaas is zij in 2002 aan kanker overleden en sinds die tijd ga ik weer alleen op pad. Begin van dit jaar ben ik naar Afrika gegaan. Ik heb tweedehands een auto gekocht waarmee ik in de bush uit de voeten kan en ik ben eerst door het Krugerpark getrokken en daarna vooral in de Kalahariwoestijn. In zuidelijk Afrika leven de San of bosjesmannen. Er liggen ook nog savannegebieden, waarvan gedacht wordt dat het de omgeving is waar in de oudheid de eerste mensen rechtop zijn gaan lopen. Ook de dieren waarop ze gejaagd hebben zijn daar nog in het wild te observeren. Ja, de eerste mensen hebben zich ontwikkeld in Afrika; alle opgravingen wijzen daarop. Hoe zij hun eigen wereld beleven, dat is nu mijn belangrijkste thema. Het grootste verschil met ons is dat ze leven in een organische verbondenheid met hun omgeving. Alles in hun omgeving heeft een levende ziel en hoewel alles voortdurend van vorm verandert: alles groeit, alles beweegt, blijft het dezelfde ziel houden. Door de kracht van hun eigen ziel hebben ze mentaal invloed op hun omgeving. Daardoor hebben ze een volledig vertrouwen in de natuur en leven met de zekerheid dat ze altijd genoeg zullen hebben. Als ze bedreigd zouden worden of als er te weinig regen valt, dan trekken ze weg naar een ander deel van de natuur. Ze bezitten weinig maar ze hebben het gevoel dat alles om hen heen voor hen is. Het is inderdaad dichtbij het paradijs” Daniels doet zijn werk volledig onbetaald en ontvangt van geen enkele instantie subsidie. “Het zou wel lekker zijn, maar ik kan mezelf financieel net overeind houden. Ik ga wel naar internationale conferenties, maar ik heb voor mijn werk nog nooit iets gevraagd en ook nog nooit gesolliciteerd. Mijn manier van leven heeft als voordeel dat ik me geen zorgen hoef te maken voor een carrière, ik hoef geen baas naar de mond te praten, en niemand te overtuigen van het nut van wat ik doe. Ik doe dus precies datgene waarvan ik vind dat dat belangrijk is en dat dat nodig is. Daardoor kijk ik ook heel open naar de wereld om mij heen en vaak loop ik tegen zaken aan waarvan ik denk ‘dat niemand daar nou nog is opgekomen’. Als ik het dan belangrijk vind breng ik het onder de aandacht en kunnen degenen wiens baan dat is er misschien iets aan doen. Zo werd laatst een hele grote milieuconferentie gehouden in Kopenhagen. Ik kreeg het programma in handen en zag dat er geen woord in stond over flairs, dat zijn affakkelinstallaties op gas- en olievelden. Die staan 24 uur per dag te branden en roet uit te stoten. Ze brengen methaangas tot heel hoog in de atmosfeer, waar het niet kan uitregenen. Methaan is 23 keer slechter voor het broeikaseffect dan CO2. Ik heb een mail gestuurd naar de VN organisatie die verantwoordelijk was voor toezicht op de olie-en gasbronnen. Met de milieuconferentie in het vooruitzicht moesten ze wel met een standpunt komen. Twee weken na mijn mail was er 200 miljoen beschikbaar om het flair probleem op te lossen. Zo heb ik ook indertijd iedereen die ik kende gewaarschuwd om niet naar Afghanistan te gaan. Het is een wespennest daar. Ik ben zelf in 1975, toen er nog geen sprake van oorlog was, een maand door Afghanistan gereisd. Sindsdien bleef ik de ontwikkelingen daar enigszins volgen. De oorlog daar gaat volgens mij helemaal niet om Taliban of El Queda of om de ontwikkeling van vrouwen en arme mensen. Het gaat om wegvallende defensie budgetten aan het einde van de koude oorlog. Verder praat niemand erover waar de heroine van Afghanistan blijft. Het land is de grootste heroine producent ter wereld. Kofi Annan heeft eens gezegd dat er in de handel in verboden drugs in de wereld evenveel geld omgaat als in de autoindustrie van Europa en Amerika tesamen. Ook schijnt niemand te weten dat er grote olie -en gas voorraden gevonden zijn in het noordoosten van Afghanistan in het midden van de jaren zeventig, waarna er een stammenstrijd om de macht (contracten) ontstak. Ik heb er ook voor gewaarschuwd dat een enkele muntsoort voor heel Europa het onmogelijk maakt om verschillen in welvaartsontwikkeling tot uitdrukking te brengen, zoals voorheen gebruikelijk was door middel van inflatie van een muntsoort. Daarom waren de Peso, de Lira en de Dragme zoveel minder waard dan de D-mark en de Gulden. Het risico dat de ondernemers snel en flexibel konden incalculeren wordt nu dus afgewenteld op de overheid die geen ander middel beschikbaar heeft dan het door te schuiven op de belastingbetaler. Helaas wilde men naar deze adviezen indertijd niet luisteren, hoewel velen moeten hebben begrepen dat ik gelijk had. Het zal een kwesties van eigenbelang en geld zijn: mooie baantjes voor mensen met veel ego en een middelmatig verstand, wat ze echt niet opgeven voor het algemeen belang, ook al worden ze betaald om juist dat te behartigen. Zulk soort ongevraagde en onbetaalde adviezen doe ik de laatste twintig jaar wel een paar keer per jaar; soms met de politiek, soms met de ontwikkeling van onze samenleving of wat goed is voor ons allemaal." Alfred Daniels kijkt uit naar de maand december. Dan pakt hij weer zijn rugzak om voor enkele maanden af te reizen naar Afrika, op zoek naar nieuwe inzichten in het ontstaan en de ontwikkeling van de mensheid. Ik begrijp het leven nu wel veel dieper dan 30 jaar terug, maar het blijft een wonder en een passie om er zoveel mogelijk van te leren. ” Wie zijn reizen in Afrika wil volgen moet blijven kijken op de weblog: freddaniels.waarbenjij.nu

Actief sinds 26 Dec. 2010
Verslag gelezen: 187
Totaal aantal bezoekers 344190

Voorgaande reizen:

27 December 2010 - 15 Augustus 2023

Zuidelijk Afrika

Landen bezocht: