Struikrovers, klapband, slechte brandstof, nieuwe. - Reisverslag uit Richards Bay, Zuid-Afrika van Fred Daniels - WaarBenJij.nu Struikrovers, klapband, slechte brandstof, nieuwe. - Reisverslag uit Richards Bay, Zuid-Afrika van Fred Daniels - WaarBenJij.nu

Struikrovers, klapband, slechte brandstof, nieuwe.

Door: Fred

Blijf op de hoogte en volg Fred

22 Februari 2024 | Zuid-Afrika, Richards Bay

Vrijdag en zaterdag ben ik nog druk bezig geweest met de auto leeghalen en opnieuw inrichten. Ik heb veel ruimte maar gewoon ook teveel spulletjes. Ik laat een stapel hout en een bundel tentstokken achter en ik geef een paar jerrycans aan mijn buurman ( ik had er 8) en een deken aan de poortwachter, maar het blijft teveel.

Zondagmorgen om vijf uur rij ik weg. Heh lekker om weer mobiel te zijn. Ik rij in twee uur naar Durban en dan rechtdoor nog 100 kilometer naar Shepstone. Ik vind een aardige camping aan een riviertje dat uitmondt in zee, maar het is er vrij vol en de caravans en campers staan dicht op elkaar. Ook hier tref ik diverse pensionados die hun huizen hebben verkocht en nu in caravans en campers door het land trekken. Ik hoor ook verhalen dat de weg naar de zuidkust die door de Transkei provincie loopt niet veilig is. Op het stuk van Kokstad naar East London zijn mensen overdag in hun auto’s overvallen en caravans gestolen door ze van de trekhaak los te maken als je stopt. Ik heb in Nederland al een beveiliging op de trekhaak gemonteerd waardoor die niet losgemaakt kan worden, maar het idee van zo’n situatie maakt mij toch angstig. Ik ga op zoek naar alternatieve routes.

De volgende morgen vertrek ik naar het noorden naar Kokstad. Het zou een uur of vier rijden moeten zijn, maar de snelweg N2 is afgesloten en de omleiding gaat over een hele slechte weg met duizenden potholes door de woongebieden in de Transkei. Potholes zijn gaten in het asfalt. Sommige zijn wel een meter breed en dertig centimeter diep. De randen langs het asfalt zijn vlijmscherp. Het zijn er zoveel dat ik van links naar rechts moet slingeren om de ergste te vermijden. Als de weg door een dorpje of langs een school gaat zijn er verkeersdrempels. Sommige zijn witgeschilderd of met een bord gemarkeerd, maar anderen niet. Het zijn er op dit stuk weg van 100 kilometer enkele honderden en ik roep wel een keer of tien Oh Nee ….. als ik er eentje niet gezien heb of toch nog te hard rij.

In de namiddag arriveer ik in Kokstad. Achteraf gezien had ik beter van Shepstone terug naar Durban kunnen rijden en dan naar het noorden. Ik ga in Kokstad bijtanken maar als ik wegrij merk ik al dat ik een hele slechte kwaliteit diesel heb gekregen. Veel rook en weinig kracht. Na de eerste vijf kilometer besluit ik om terug te rijden naar Kokstad en niet verder te gaan. Tien kilometer naar het noorden vind ik een hele fijne camping aan een meertje: Christal lake, een klein stuwmeertje van de Christal Spings. Er is een hek met een poortwachtersfamilie en er zijn geen andere kampeerders. Ik zet de caravan op en val heel snel in slaap.

De volgende morgen voel ik nog pijn in mijn been waarmee ik het gaspedaal heb bediend. Kennelijk teveel verkramping. Ik sta heerlijk hier en besluit nog een dag te blijven. Er loopt een groepje zebra’s en die komen kijken bij de caravan waar ik zebrastrepen op heb geschilderd. Ik heb dat gedaan om de aandacht te trekken van leeuwen. Die blijven dan net even langer in mijn richting kijken zodat ik mooie foto’s kan maken. De zebrahengst gaat naast mijn caravan in het gras liggen rollen en dat beschouw ik als een teken van acceptatie. Er loopt ook nog een groepje parelhoenders en verder veel vogels in het water en bloemen. Ik voel me weer in mijn element en maak leuke foto’s met mijn IPhone door de diascoop ( een telescoop met 20x vergroting ). Het is met de iphone moeilijker dan met het cameratje dat ik speciaal voor gekocht heb, maar het lukt toch.

Er komt nog een mannetje bij mijn caravan kijken. Normaal hebben mensen alleen belangstelling voor mijn auto, dus dit vind ik verdacht. Hij neemt ook het nummerplaat nummer van de caravan op. Ik vertrouw het niet en in de loop van de dag wijzig ik mijn routeplan nog een keer. Er is een route die direct van hier naar het noordwesten loopt en niet eerst naar de grote weg gaat en niet door Kokstad heen gaat.

De volgende morgen ga ik op weg. Ik kom nog een blanke meneer tegen en vraag hem of die route via Underberg veilig en begaanbaar is. Ja, wel een paar stijle hellingen en ook een stuk met potholes maar heel veilig. Met mijn rokende brandstof en weinig kracht moet ik op een aantal hellingen zelfs terug naar de eerste versnelling om boven te komen. Maar de route is prachtig. Glooiende hellingen, mooie graslanden en riviertjes en meertjes omzoomd met bomen. Allemaal farmland met boerderijen en de mensen die daar werken. Ik stop in Underberg en ga daar naar de supermarkt: een luxe SuperSpar. Ik vul mijn voorraden aan en ik ga er ook diesel bijtanken bij de Shell om de mix te verbeteren. Twintig liter, een derde van mijn tankinhoud. Ik geniet van de mooie route en ik vind het niet erg dat ik langzamer rij.Dan kom ik weer bij een stuk met potholes. Ik denk dat ik er veilig doorheen kom, maar vijf kilometer voorbij de potholezone hoor ik een knal. Zou ik een klapband hebben? Door mijn spiegels zie ik niks. Ook de caravan blijft recht. Ik kan hier op deze smalle weg niet veilig stoppen dus ik rij nog vijf kilometer door totdat ik een oprit naar een boerderij zie met een grote schaduwboom ernaast. Ik stop in de schaduw en loop om de auto. Ja, de rechter achterband van de caravan is geklapt. Wat ben ik blij dat ik vier wielen onder deze caravan/trailer heb. Ik kon niet eens merken aan de caravan dat er een band geklapt was !Ik maak mij klaar om het wiel te verwisselen. Dan komt er een man in een blauwe overal langs de weg lopen. Als ik zie dat hij naar de boerderij gaat en als hij het hek daar openmaakt spreek ik hem aan. Hij belt met zijn baas en die geeft toestemming om naar de boerderij te rijden en daar in de schuur het wiel te verwisselen. Super…. In de schaduw van een grote carport helpt hij mij om het reservewiel uit de trailer te halen en het wiel te verwisselen. Ik had vier nieuwe banden op deze trailer, speciale ralleybanden met dik profiel, maar dit is nu al de tweede die geklapt is op de potholes. En allebei aan de rechterkant waar het misschien moeilijker is om in te schatten of ik de potholes wel goed heb kunnen ontwijken.

Twintig kilometer verder kom ik op de snelweg N3. Het is een brede tolweg. Bij het eerstvolgende tankstation vul ik weer 20 liter diesel V-Power. Ook hier zijn de hellingen stijl en lang. Vrachtwagens kruipen omhoog en ik moet steeds plankgas rijden in lagere versnellingen, zelfs de eerste versnelling. Nu heb ik wel weer duidelijk meer kracht, maar nog niet helemaal normaal. Eindelijk kom ik bij Harrismit waar ik de tolweg afkan. De routeplanner stuurt mij eerst nog de verkeerde afslag op, opnieuw een zeer slecht stuk weg, maar ik heb hier weer internet dus ik check nu met Apple maps en dan keer ik terug naar de snelweg en rij nog vijf kilometer verder totdat ik op een prachtige asfaltweg kom, naar het westen. Ik ben nu om de Transkei en zelfs noordelijk om Lesotho heen gereden. Ik rij nu in het zuidelijke deel van de provincie Vrijstaat. Het is nog 68 kilometer en dan bereik ik de grens van het National Park hier. Het Golden Gate Park. Ik ben hier wel eens eerder geweest. Het is een highland gebied met indrukwekkende rotspartijen en wilde graslanden met vele soorten antilopen en ander wild.

Ik rij nog 23 kilometer door totdat ik bij het headquarters met museum en benzinestation en de camping kom. Er is nog een hele stijle helling waar ik zelfs in de eerste versnelling niet omhoog kom. Dan maar de lage gearing gebruiken. Het is kruipsnelheid maar ik kom er wel. Als ik de camping oprij is de receptie al gesloten. Het is bijna avond en er komt regen. Ik zet snel de caravan op. Als ik klaar ben is het donker en begint er een zware onweersbui net boven dit gedeelte. Na een uur is het weer droog.

Het is 19:00 uur en ik ben ben om vijf uur opgestaan en om zes uur vertrokken vanmorgen. Maar ik sta nu prima langs een klein riviertje onder hoge bomen en alles is veilig gegaan. Ik hoor in de verte gebrul van bavianen. Ik val heel snel in slaap.

De volgende morgen zet ik koffie en ga naar de receptie. Ik schrijf dit verhaal in mijn stoeltje voor de caravan terwijl ik het geluid van het riviertje hoor en nog een keer bavianen. Ik heb ook weer internet al is het maar 3G.


  • 22 Februari 2024 - 11:08

    Daan:

    Schitterend, weer een mooi verhaal, Fred. Nog veel plezier daar en wees voorzichtig. Gr Daan


  • 22 Februari 2024 - 18:01

    Frank Van Haren:

    Goede reis Fred! Geniet en stay safe.


  • 23 Februari 2024 - 12:38

    KeepSmiling:

    Knap hoor en dat met al die 'hindernissen'

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Fred

Een photo zegt meer dan 1000 woorden. Zie mijn photosite op Flickr.com/photos/AlfredDaniels. Gymn. B. Sociale- en Culturele Antropologie in Leiden. Vele jaren in Azie: India, Maleisie; Thailand. Onderzoek bij jagers/verzamelaarsvolken. Zeven jaar gereisd in de Verenigde Staten. Nu op reis voor een nog onbekend aantal jaren in Afrika. Op zoek naar het Paradijs: nog niet gevonden. Wel gevonden: het wonder op de planeet Aarde. onderstaand artikel n.a.v interview door Alfons de Wit. Alfred Daniels zoekt naar de oorsprong van het leven. Alfred Daniels maakte, na het behalen van zijn Gymnasium bêta-diploma een opmerkelijke keuze. Waar een studie medicijnen; mechanica of natuurkunde voor de hand zou hebben gelegen, koos hij voor culturele antropologie. “Ik was geboeid geraakt door de vraag waar het leven vandaan is gekomen en hoe de mensheid zich ontwikkeld heeft. Dan kun je de verhalen lezen van archeologen, die vaak moeten uitgaan van allerlei ver- en vooronderstellingen, maar je kunt ook zelf gaan kijken bij de jagers- en verzamelaarsvolken. Dat zijn volken die in de manier waarop ze met de natuur omgaan nog het dichtst bij de oorsprong van het menselijk leven zijn gebleven. Er zijn nog een paar kleine groepjes over in de wereld. Kijk, toen ik nog studeerde in Leiden bestonden er al wel onderzoeken waarbij enkele individuen van zulke jagers-en verzamelaarsvolken buiten hun woon- en leefgebied zijn onderzocht. Die waren meegenomen naar de beschaafde wereld en die heeft men toen geprobeerd te interviewen en hun taal en hun verhalen op te schrijven. Als je echter een beeld van hun leefomstandigheden wil krijgen dan zul je de mensen ook in hun leefomgeving moeten observeren. Of dat gevaarlijk is? Ik weet het niet. Je moet ze met open blik tegemoet treden en primitief kunnen leven. Gelukkig hebben we nu ook moderne medicijnen en snel vervoer voor als het mis gaat. Kijk zij hebben ook een bepaald comfort in hun leven, maar dat zit in kleine dingen en alleen als je met hen samenleeft kun je daar ook van genieten: lekkere dingetjes om te eten, een heerlijk beschut plekje om te slapen. Ze leven in kleine groepen van maximaal 35 mensen die van bladeren en takken een hutje bouwen. Als het voedsel, dat ze rond hun kampje verzamelen, begint op te raken pakken ze hun spullen op hun rug en maken ze een nieuw kamp een paar kilometer verderop. Als mens kijken ze echt door je heen. Ze hoeven niets van jou, dus het persoonlijke contact is alles voor hen. In Maleisie is zo' n groep waarvan bekend was dat ze zo schuw waren dat je er alleen maar lege dorpjes kon zien, waaruit de mensen weggelopen waren. Ik werd daar onmiddellijk geaccepteerd en toen ik vroeg waarom ze niet weggelopen waren toen ze mij zagen komen, zeiden ze ‘Als je ogen het zelfde uitstralen als je hart, dan kunnen we wel met je omgaan’. Misschien is dat bij mij het geval, want ik heb nog nooit problemen gehad om contact te leggen met zulke volken. Daniels ging op zijn twintigste al, over land, naar India. “in dat deel van Azie zitten nog wel 200 stammen, volken. Bovendien is India een van de oudste en meest invloedrijke culturen in Azie, met een grote diepgang. Op de universiteit ontmoette ik mijn vriendin Corry van der Sluijs, waarmee ik jarenlang samen heb gereisd. Helaas is zij in 2002 aan kanker overleden en sinds die tijd ga ik weer alleen op pad. Begin van dit jaar ben ik naar Afrika gegaan. Ik heb tweedehands een auto gekocht waarmee ik in de bush uit de voeten kan en ik ben eerst door het Krugerpark getrokken en daarna vooral in de Kalahariwoestijn. In zuidelijk Afrika leven de San of bosjesmannen. Er liggen ook nog savannegebieden, waarvan gedacht wordt dat het de omgeving is waar in de oudheid de eerste mensen rechtop zijn gaan lopen. Ook de dieren waarop ze gejaagd hebben zijn daar nog in het wild te observeren. Ja, de eerste mensen hebben zich ontwikkeld in Afrika; alle opgravingen wijzen daarop. Hoe zij hun eigen wereld beleven, dat is nu mijn belangrijkste thema. Het grootste verschil met ons is dat ze leven in een organische verbondenheid met hun omgeving. Alles in hun omgeving heeft een levende ziel en hoewel alles voortdurend van vorm verandert: alles groeit, alles beweegt, blijft het dezelfde ziel houden. Door de kracht van hun eigen ziel hebben ze mentaal invloed op hun omgeving. Daardoor hebben ze een volledig vertrouwen in de natuur en leven met de zekerheid dat ze altijd genoeg zullen hebben. Als ze bedreigd zouden worden of als er te weinig regen valt, dan trekken ze weg naar een ander deel van de natuur. Ze bezitten weinig maar ze hebben het gevoel dat alles om hen heen voor hen is. Het is inderdaad dichtbij het paradijs” Daniels doet zijn werk volledig onbetaald en ontvangt van geen enkele instantie subsidie. “Het zou wel lekker zijn, maar ik kan mezelf financieel net overeind houden. Ik ga wel naar internationale conferenties, maar ik heb voor mijn werk nog nooit iets gevraagd en ook nog nooit gesolliciteerd. Mijn manier van leven heeft als voordeel dat ik me geen zorgen hoef te maken voor een carrière, ik hoef geen baas naar de mond te praten, en niemand te overtuigen van het nut van wat ik doe. Ik doe dus precies datgene waarvan ik vind dat dat belangrijk is en dat dat nodig is. Daardoor kijk ik ook heel open naar de wereld om mij heen en vaak loop ik tegen zaken aan waarvan ik denk ‘dat niemand daar nou nog is opgekomen’. Als ik het dan belangrijk vind breng ik het onder de aandacht en kunnen degenen wiens baan dat is er misschien iets aan doen. Zo werd laatst een hele grote milieuconferentie gehouden in Kopenhagen. Ik kreeg het programma in handen en zag dat er geen woord in stond over flairs, dat zijn affakkelinstallaties op gas- en olievelden. Die staan 24 uur per dag te branden en roet uit te stoten. Ze brengen methaangas tot heel hoog in de atmosfeer, waar het niet kan uitregenen. Methaan is 23 keer slechter voor het broeikaseffect dan CO2. Ik heb een mail gestuurd naar de VN organisatie die verantwoordelijk was voor toezicht op de olie-en gasbronnen. Met de milieuconferentie in het vooruitzicht moesten ze wel met een standpunt komen. Twee weken na mijn mail was er 200 miljoen beschikbaar om het flair probleem op te lossen. Zo heb ik ook indertijd iedereen die ik kende gewaarschuwd om niet naar Afghanistan te gaan. Het is een wespennest daar. Ik ben zelf in 1975, toen er nog geen sprake van oorlog was, een maand door Afghanistan gereisd. Sindsdien bleef ik de ontwikkelingen daar enigszins volgen. De oorlog daar gaat volgens mij helemaal niet om Taliban of El Queda of om de ontwikkeling van vrouwen en arme mensen. Het gaat om wegvallende defensie budgetten aan het einde van de koude oorlog. Verder praat niemand erover waar de heroine van Afghanistan blijft. Het land is de grootste heroine producent ter wereld. Kofi Annan heeft eens gezegd dat er in de handel in verboden drugs in de wereld evenveel geld omgaat als in de autoindustrie van Europa en Amerika tesamen. Ook schijnt niemand te weten dat er grote olie -en gas voorraden gevonden zijn in het noordoosten van Afghanistan in het midden van de jaren zeventig, waarna er een stammenstrijd om de macht (contracten) ontstak. Ik heb er ook voor gewaarschuwd dat een enkele muntsoort voor heel Europa het onmogelijk maakt om verschillen in welvaartsontwikkeling tot uitdrukking te brengen, zoals voorheen gebruikelijk was door middel van inflatie van een muntsoort. Daarom waren de Peso, de Lira en de Dragme zoveel minder waard dan de D-mark en de Gulden. Het risico dat de ondernemers snel en flexibel konden incalculeren wordt nu dus afgewenteld op de overheid die geen ander middel beschikbaar heeft dan het door te schuiven op de belastingbetaler. Helaas wilde men naar deze adviezen indertijd niet luisteren, hoewel velen moeten hebben begrepen dat ik gelijk had. Het zal een kwesties van eigenbelang en geld zijn: mooie baantjes voor mensen met veel ego en een middelmatig verstand, wat ze echt niet opgeven voor het algemeen belang, ook al worden ze betaald om juist dat te behartigen. Zulk soort ongevraagde en onbetaalde adviezen doe ik de laatste twintig jaar wel een paar keer per jaar; soms met de politiek, soms met de ontwikkeling van onze samenleving of wat goed is voor ons allemaal." Alfred Daniels kijkt uit naar de maand december. Dan pakt hij weer zijn rugzak om voor enkele maanden af te reizen naar Afrika, op zoek naar nieuwe inzichten in het ontstaan en de ontwikkeling van de mensheid. Ik begrijp het leven nu wel veel dieper dan 30 jaar terug, maar het blijft een wonder en een passie om er zoveel mogelijk van te leren. ” Wie zijn reizen in Afrika wil volgen moet blijven kijken op de weblog: freddaniels.waarbenjij.nu

Actief sinds 26 Dec. 2010
Verslag gelezen: 69
Totaal aantal bezoekers 345708

Voorgaande reizen:

27 December 2010 - 15 Augustus 2023

Zuidelijk Afrika

Landen bezocht: