Zo1-di16 Zeilen met Gordon: walvissen en een hippo
Door: Alfred Daniels
Blijf op de hoogte en volg Fred
17 Juli 2019 | Nederland, Nederland
Maandag 15 juli. Ik rij eerst naar de supermarkt om wat groenten en fruit te kopen en dan door naar de boot. Om de overloop voor de schoot van het grootzeil te kunnen bedienen heb ik vorig jaar al twee draaiogen met klemmen op de achterbeam gezet. Maar toen ik de buitenboordmotor moeilijk kon optrekken omdat de lijn daarvoor te dun is en de trekkracht te groot is heb ik een tijdelijke lijn erbij gezet en die op die draaiogen vastgezet. Voor de motor werkt het wel maar niet voor de overloop. Dus ik moet toch eerst dat motor optreksysteem verbeteren en daarna komen pas die klemmen vrij voor de overloop. Ik ben een flinke tijd aan het kijken en meten en puzzelen hoe ik dit ga oplossen. Dan ga ik in de winkel twee rvs katrolletjes met bronzen wieltjes erbij kopen. Daarmee kan ik in ieder geval de kracht van het gewicht van de motor halveren. Als klemmen probeer ik twee aluminium clamcleats die ik uit Nederland had meegenomen. De 5,5 mm Dyneemalijn houdt wel goed in deze clamcleats. Hij is een stuk prettiger in de hand dan de 4 mm. Lijn die er op zat. Voor de veiligheid moet er wel een stopper achter de cleats gemaakt worden. Uiteindelijk boor ik een paar gaten waar de lijnen doorheen moeten gaan lopen en waar ophanglijntjes voor de katrolletjes doorheen moeten. Ik kan er van bovenaf niet bij en breng het peddleboard in het water om op mijn rug liggend net zo lang te prutsen tot de lijnen op hun plaats zitten en vastgesplitst zijn aan de blokjes. De motor zelf hangt en scharniert aan twee simpele rechte rvs buizen die ik in een V vorm van de achterste punten van de rompen naar voren heb laten lopen en om elk van die buizen ligt nu een lijn twee keer rond met een katrolletje op de beam erboven en gaat dan omhoog door het schuine topdek van de beam heen en wordt op dat topdek vastgezet met de clamcleat die net achter het gat zit. Als een van de lijnen zou slippen of breken hangt de motor nog altijd aan de tweede. Door de buizen van achter te laten komen trekt de motor aan de buis en aan het sterkste deel van de boot in plaats van dat hij tegen iets moet duwen. Waar de buizen samenkomen heb ik een motorplank gemaakt. Het geheel hangt aan de beam met de dyneemalijnen dus de constructie is heel licht en toch supersterk en eventueel gemakkelijk te demonteren. Nu ik toch onder de trampoline lig op mijn rug op het peddleboard kijk ik meteen hoe ik van doek en sterk elastiek nog een golfbreker zou kunnen spannen voor de motorplank uit. Het moet kunnen meebewegen als ik de motor hoger optrek na gebruik of laat zakken om hem te starten. Dan span ik nog wat na aan de dikke nylon vislijn waarmee de trampolines aan de rompen en de beams hangen. De achterste trampoline heeft wat spanning verloren waarschijnlijk ook door de rek op de dyneemalijn die als een halve boog helemaal achteraan de trampoline tussen de rompen hoog houdt. Als het er allemaal goed uitziet loop ik nog een keer naar de winkel en koop twee bedieningslijnen voor de grootschootoverloop: een rode voor aan bakboord en een groene voor aan stuurboord. Ik koop ook 7 rvs kousen voor de ankerlijnen en de ankerbreidels en een grote wartel en D-sluitingen van een maat die goed om de rvs kousen passen. Deze verbindigen gaan continu schuren door de bewegingen van de boot op de golven dus ik koop het van 10 mm roestvrijstaal. Ik zet de klemmen vast met epoxy en schroeven. Dat moet eerst tot morgen drogen voordat ik het kan belasten en ga nadenken of ik het oude systeem zal weghalen of als noodstop zal laten zitten. Als laatste klusje voor vandaag rijg ik dan de controlelijnen van de overloop door. Zo, het wordt al bijna donker als ik het peddleboard weer ophijs en op het voordek vastbind. Als ik het niet had uitgeschreven had je niet kunnen bedenken dat het monteren van twee overloop bedieningslijnen een hele dag gekost hebben, zelfs zonder lunchpauze.
Dinsdag 16 Juli. Gisterenmiddag vroeg Gordon of ik zin heb om met hem mee te gaan zeilen op zijn catamaran Yapluka. Het is een ontwerp van Robertson and Caine: een Leopard 40. Vanmorgen starten we om 9 uur de twee Yanmardiesels en varen de haven uit. Het is bijna windstil en we blijven wel anderhalf uur op de motor varen voordat er een beetje wind opsteekt. Toch is er voor later op de dag 25 knopen wind voorspeld en Gordon hijst het grootzeil met een rif erin en de rolgenua driekwart uit. Op een half uurtje buiten de haven zien we een paar humpback dolfijnen. Ik heb mijn camera met telelens bij me en maak wat foto’s. Ze blijven te ver weg om er leuke foto’s van te maken. Gordon heeft de afgelopen twee jaar iets meer dan 300 zeildagen genoteerd in zijn logboek dus hij gebruikt zijn jacht veel meer dan bijna iedereen in de jachthaven. Hij woont er niet op maar heeft een huis dichtbij, misschien maakt misschien dat het verschil. Ik vind het hijsen van het grootzeil wel heel zwaar zelfs met de lier die daar speciaal voor is. Ik denk dat ik meteen zou investeren in een elektrische lier als ik zoveel zou varen. Wel heel fijn is de autopilot die met een paar drukken op de knop de boot op koers houdt zodat je alle tijd hebt om dingen te doen. De autopilot vraagt wel 4 Amp. stroom per uur, net zoveel als de koelkast dus flinke batterijen en 600 Watt zonnepanelen zijn dan wel nodig. Deze boot weegt 7 ton ! Er staat veel deining op zee en doordat er geen wind en dus geen druk in de zeilen staat schommelt Yapluka net zoveel als VAYANA zou doen. Het “hobbyhorsen” waar vaak over gesproken wordt als een nadeel van double-enders zoals VAYANA is dus niet of nauwelijks minder bij dit ontwerp. Bovendien sta je zelf veel hoger boven het water dus de slingerbeweging ervaar ik als niet minder onprettig. Alle James Wharram ontwerpen zijn double-enders: ook wel canoe-stern genoemd: de achterkant is net zo puntig als de voorkant zoals bij een kano.
Maar de voordelen van de canoe-stern heeft deze boot niet, want Gordon vaart bij minder dan 10 knopen wind altijd met minstens een motor aan terwijl ik vorige week nog ervaren heb dat VAYANA ook bij minder wind genoeg vaart maakt om zonder motor te kunnen varen en toch goed te kunnen sturen. Op Gordons dieptemeter kan ik nu zien hoe de waterdiepte langs de kust verloopt. Hij heeft vele malen langs de kust gevaren en vaart in Noordelijke richting gewoonlijk in 15 tot 50 meter diep water. Daar loopt nog een geringe tegenstroom in noordelijke richting terwijl op dieper water de stroming naar het zuiden wel 2-3 knopen kan zijn. We blijven langzaam op de motor varen en zien in de verte een paar keer walvissen spuiten of net met hun rug boven water uitkomen. Het zijn humpbackwhales: bultruggen. Om 11 uur komt er eindelijk voldoende wind om de motor uit te kunnen zetten. Nu nog het geruis en gepraat van die radio uit en dan begin ik voor het eerst een gevoel te krijgen dat we zeilen. De wind loopt op tot 15 knopen uit Noordoostelijke richting en dat is echt heel lekker. Het geeft me een gevoel dat ik met VAYANA zo in een keer naar Madagaskar zou willen doorvaren. Heerlijk om zo op zee te zijn. De kust is nog zichtbaar maar ik kijk liever de andere kant op. Door de grote kajuitopbouw blijven er feitelijk maar twee plaatsen op deze boot over waar je rondom over het water kan uitkijken: zittend op het bankje voor de bestuurder aan stuurboord en staande aan de bakboordkant zodat je over het kajuitdak kan heenkijken. Voor het kajuitdak is ook nog een heel stuk dek met trampoline maar dat nodigt niet uit om te gaan zitten. Ook op het gangboord vind ik te weinig handgrepen en voetsteun dat je zonder aarzeling even maar voren zou lopen. Dat is op VAYANA wel anders: behalve als je gaat liggen in een van de twee kajuitjes heb je overal vrij uitzicht en 35 m2 plaats dat uitnodigt om er te gaan zitten of te staan en zelfs onderuit te liggen met de kajuitwand of de schuine kanten van de beams als goed geplaatste schuine rugleuning. Het zitten op de zachte verende en luchtige trampoline is natuurlijk ook veel fijner dan op de harde rechte polyester bank of een schuimkussen bekleed met waterafstotend kunstleer.
De wind neemt snel toe naar 20 - 24 knopen en de golven beginnen zich op te bouwen. De bootsnelheid neemt toe tot 6 knopen. Aan-de-wind varend zijn de korte golven best vervelend. Ze maken nogal wat geluid tegen de verbredingsranden in de rompen. Ik denk dat die bedoeld zijn om water te keren dat anders tegen de vrij rechte wanden zou omhoogkomen. Ze geven ook iets meer binnenruimte boven de waterlijn en dragen bij aan de stijfheid van de wanden in lengterichting. Toch komt er zelfs bij deze 20-24 knopen al buiswater over de boeg en dat wordt door de wind over het ronde kajuitdak naar achteren gevoerd zodat ik een plens in mijn gezicht krijg. Het wordt ook frisser dus ik trek mijn anorak met rubberkraag en manchetten aan. We gaan nog een keer overstag en met halve wind en ruime wind is het veel comfortabeler varen. Gordon heeft sandwiches van huis meegenomen en zet koffie, ik heb een zak appels en een doos mandarijnen meegenomen. Dan zien we walvissen boven het water uitspringen. Het is heel moeilijk om ze te fotograferen want je weet niet waar ze bovenkomen. Ze springen maar een paar keer met tussenposen en de boot vaart nu met zo’n 7 knopen snelheid en veel bewegingen. Ik maak een stuk of twintig foto’s en hoop dat er een of twee goede bij zijn. Het is heerlijk om zee te zijn en pas om 4 uur varen we de havenmond weer in en nog even door tot voorbij de tweede haven. Daar ligt nog een prachtig stuk water, de Richardsbaai zelf, maar het wordt alleen gebruikt voor de vrachtboten om er te keren. We blijven in de vaargeul varen of vlak ernaast tot de laatste boei en kruisen dan in 5 slagen terug totdat we de ingang naar de jachthaven kunnen invaren. Gordon vaart meestal 50-60 graden aan-de-wind. Met VAYANA voer ik dit stuk in drie slagen ook omdat ik verder naar de oevers kon doorvaren met haar 40cm diepgang. Als we de jachthaven invaren ligt er een hippo in het water, een nijlpaard. Volgens Gordon moet je vooral savonds laat voorzichtig zijn want hij gaat vaak snachts grazen op het grasveld rond het clubgebouw. Nijlpaarden worden snel boos als je te dichtbij ze komt. We ruimen de boot op en ik nodig Gordon uit om op het clubgebouw te gaan eten. Het is er best druk en we blijven nog een uurtje langer praten. De foto’s van de springende walvissen wekken wel veel interesse want door de telelens kun je ze veel dichterbij zien. Er zijn wel een paar goede foto’s bij gelukkig. Antoinette vond het ook leuk om nog foto’s van Kruger te zien die nog op de geheugenkaart staan. Er zitten ook echt prachtige foto’s bij. Dan rij ik terug naar de caravan. Het was heerlijk om een dag op het water te zijn en ik verlang ernaar om met VAYANA langere tochten te gaan maken.
-
17 Juli 2019 - 08:00
Ineke:
Fijn dat je zo genoten hebt op het water en ik ben benieuwd naar je foto's. Gr. Ineke
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley