Epopa, Ruacana, Oshakati - Reisverslag uit Oshakati, Namibië van Fred Daniels - WaarBenJij.nu Epopa, Ruacana, Oshakati - Reisverslag uit Oshakati, Namibië van Fred Daniels - WaarBenJij.nu

Epopa, Ruacana, Oshakati

Door: FredDaniels

Blijf op de hoogte en volg Fred

14 Juli 2011 | Namibië, Oshakati

Ja,freddaniels.waarbenjij.nu??? zullen jullie je wel hebben afgevraagd.
Dit is de eerste internetverbinding sinds Opuwo.
Ik ben toch helemaal naar het noorden doorgereden naar Epopu. Over de bereikbaarheid geinformeerd, blijkt de weg naar het noorden maar gedeeltelijk verhard en het grootste deel is platgereden zand en modder. Niet teveel groffe gravel die je banden aan flarden scheurt. Het is aan weerskanten van de weg nog allemaal Himba gebied.
De weg eindigt aan de grens met Angola. Daar stort het water van de Kunene rivier, die de grens vormt, zich in een waterval naar beneden. Er is een camping net boven de waterval. Een prachtig plekje. 24uur per dag hoor ik het gedonder van het water als het in een gat verdwijnt op zo' n 30 meter van mijn tentje. Niet zwemmen, want er is sterke stroming en op plaatsen waar de stroming iets minder is zijn grote krokodillen. Onderweg naar het noorden werd het steeds groener en heuvelachtiger. Erg mooi. Onderweg heb ik veel Himba dorpen zien liggen en veel Himba lopen langs de weg en willen een lift.
Ik ontmoet een Himba man die zich John noemt en die engels heeft geleerd. Met hem ga ik twee middagen Himba dorpen bezoeken. We gaan op bezoek bij een bevriende chief en bezoeken ook een begraafplaats van de Himba en ik kom veel interessante details te weten.
Dan wil ik verder naar het oosten via Ruacana. De oude weg langs de rivier is vrijwel onbegaanbaar. De rivier is buiten haar oevers gebroken en heeft veel stenen en boomstammen meegesleurd. Ik probeer met John erbij een stuk van 12 kilometer tot het eerstvolgende Himbadorpje. We doen er meer dan 3 uur over, met de auto klimmend over grote stenen en wrakhout. Dan besluit ik geen verder risico te nemen en via een omweg over gravel pas bij Swartbooisdrift langs de rivier uit te komen. Ik neem bij vertrek uit Epopa nog een Himbavrouwje mee om haar naar het ziekenhuis te brengen op 70 km afstand. Ze heeft een flinke ontsteking aan haar hand. Nadat ik haar heb afgezet bij het ziekenhuisje, ga ik door. De weg/ het pad, wordt al snel veel slechter en slechter. Ook hier zijn nog hele stukken weggeslagen door de hoge waterstand van de rivier. Ik wist niet dat een auto dat ook nog kan. Het is vaak ongelofelijk dat ik er nog doorkom. Enorme groeven, grote stenen, dan stijl naar beneden op de lage gearing en daar wacht een waterplas van onbekende diepte. Maar het gaat al wordt je er wel doodmoe van. Dan opeens heb ik een lekke band. linksachter. He, dat was geen afspraak. Iedereen had gezegd dat deze banden niet lek kunnen van rotsen en stenen. En het is al half vier. Ik werk zo snel als ik kan de auto op de krik, voordat de band te diep zakt en misschien daardoor beschadigd raakt. Ik sta dicht bij de rivier, een heuveltje van een meter of drie hoog onttrekt de rivier aan mijn zicht. Eerst even kijken of er krokodillen liggen voor ik mij verder op de band ga concentreren. Ik zie er geen. Dan verder aan de band. Het is de eerste keer dat ik een auto(binnnen)band probeer te plakken. Ik zie dat er een spijker door de band is gekomen. Gelukkig, dus geen steen of rots. Het moeilijkste gaat het loswrikken van de band van de velg af. Ik gebruik er de tweede krik voor, die ik tussen de band en een van de chassisbalken van de auto plaats. Een schuinafgezaagd stuk hardhout tussen krik en band moet de band van de velg drukken. Het is nog zwaar werk en ik ben er toch wat zenuwachtig van. Dan komt er een Himbajongen aanlopen. Hij woont in het volgende dorpje en was onderweg. Hij helpt met het zware werk. Zo te zien heeft ie er meer ervaring mee dan ik. Even later horen we zangstemmen en er komen nog 5 Himba aanlopen. twee vrouwen en drie mannen. Zo te zien en te ruiken zijn ze allemaal dronken. Er is een beeldschone jonge meid bij met zulke mooie borsten dat ze wel mee kan doen met de mis-Himba verkiezing. En er is ook een zwangere vrouw bij die flink teveel gedronken heeft. Ze besluiten met z' n allen een handje te helpen. De vrouwen gaan op de band zitten om deze verder leeg te laten lopen. De zwangere vrouw kroelt wel erg dicht tegen mij op. Haar zes maanden dikke buik zit haar kennelijk niet in de weg, maar mij wel. Bovendien wil ik mijn bandje plakken en ze leidt wel erg af. Met zes mensen om mij heen wil toch ook liever een oogje houden op de spullen die ik uit de auto heb moeten gooien op een stuk plastic. Ik zeg nog tegen haar dat alcohol niet goed is voor haar baby, maar ze zegt " hij is nog niet eens geboren."
Uiteindelijk krijgen we de band geplakt en weer om de velg heen en aangebout. Doodmoe en bezweet rij ik verder. Het is inmiddels 10 uur 's avonds en helemaal donker op wat maanlicht na. Ik rij nog 2 uur door in de richting van Ruacana. Daar neem ik nog een verkeerde afslag, want in het donker zie je niet in de verte. Terug en dan nog 20 kilometer asfalt tot ik een benzine station bereik dat 24 uur open is. Ik laat de tank volgooien en weet dan dat ik nog 3 liter over had. Netaan en veel te spannend. Als de tank weer volzit zie ik dat dat band die we geplakt hadden, weer zacht is. We gooien er gauw wat lucht in en dan zet ik de auto naast het benzinestation op een veldje. Krik eronder, tentje op, spullen in de tent en ik val heel snel in slaap.
Vanmorgen heeft iemand van het benzinestation de band opnieuw geplakt. Hij zegt dat ik het rubber onvoldoende had opgeruwd. Met een mes gaat dat kennelijk beter dan met een schuurpapiertje. hij werkt heel rustig en laat de lijm eerst goed drogen voordat hij verder gaat. Hoewel ik alles zelf bij me heb blijkt ieder benzinestation ook bandenplakkers en lijm te verkopen. Bandjes plakken is hier dagelijks werk.
Als de band er weer op zit rij ik 20 km terug naar de waterval van Ruacana. Daar was ik gisteren langsgereden zonder het te weten. Mooie foto's. Dan weer verder, maar eerst stoppen bij het benzine station want ik zie dat de band weer is leeggelopen.
Er blijkt nog een gaatje te zijn. De monteur gaat weinig enthousiast weer aan het werk. Ik breng hem een koude cocacola en dat verrast hem, want het was toch zijn fout dat ik nu weer hier sta. Een band plakken kost 4 Euro en hoewel het station niets rekent voor de tweede keer plakken, geef ik de monteur 2 euro in zijn hand.
Dan kan ik eindelijk weg van de herrie van het station en zo snel mogelijk door naar het oosten. Bij Oshakati naast de supermarkt zie ik een internetcaffeetje. Het is nu al kwart over vijf, dus maar zien hoever ik vandaag kom.
Het is een rechte asfaltweg. aan weerskanten nog water van de overstromingen, maar tot nog toe is de weg zelf wel goed.
This is Afrika...
tot de volgende,
Fred

  • 14 Juli 2011 - 18:07

    Tineke:

    Terwijl het hier stortregent,geniet ik van je verslag over de lekke band,m'n petje af(als ik het had), dat je het plakken voor elkaar gekregen hebt.Ben benieuwt naar je volgende belevenissen. Groetjes

  • 16 Juli 2011 - 09:59

    A.daniels:

    hallo fred,
    ik ben nu bij walter.
    alles goed wat een mooi verslag van je reis.Je maakt heel wat mee. Ik hoop dat je band het nu uithoud.Goede reis verder en tot de volgende keer..

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Fred

Een photo zegt meer dan 1000 woorden. Zie mijn photosite op Flickr.com/photos/AlfredDaniels. Gymn. B. Sociale- en Culturele Antropologie in Leiden. Vele jaren in Azie: India, Maleisie; Thailand. Onderzoek bij jagers/verzamelaarsvolken. Zeven jaar gereisd in de Verenigde Staten. Nu op reis voor een nog onbekend aantal jaren in Afrika. Op zoek naar het Paradijs: nog niet gevonden. Wel gevonden: het wonder op de planeet Aarde. onderstaand artikel n.a.v interview door Alfons de Wit. Alfred Daniels zoekt naar de oorsprong van het leven. Alfred Daniels maakte, na het behalen van zijn Gymnasium bêta-diploma een opmerkelijke keuze. Waar een studie medicijnen; mechanica of natuurkunde voor de hand zou hebben gelegen, koos hij voor culturele antropologie. “Ik was geboeid geraakt door de vraag waar het leven vandaan is gekomen en hoe de mensheid zich ontwikkeld heeft. Dan kun je de verhalen lezen van archeologen, die vaak moeten uitgaan van allerlei ver- en vooronderstellingen, maar je kunt ook zelf gaan kijken bij de jagers- en verzamelaarsvolken. Dat zijn volken die in de manier waarop ze met de natuur omgaan nog het dichtst bij de oorsprong van het menselijk leven zijn gebleven. Er zijn nog een paar kleine groepjes over in de wereld. Kijk, toen ik nog studeerde in Leiden bestonden er al wel onderzoeken waarbij enkele individuen van zulke jagers-en verzamelaarsvolken buiten hun woon- en leefgebied zijn onderzocht. Die waren meegenomen naar de beschaafde wereld en die heeft men toen geprobeerd te interviewen en hun taal en hun verhalen op te schrijven. Als je echter een beeld van hun leefomstandigheden wil krijgen dan zul je de mensen ook in hun leefomgeving moeten observeren. Of dat gevaarlijk is? Ik weet het niet. Je moet ze met open blik tegemoet treden en primitief kunnen leven. Gelukkig hebben we nu ook moderne medicijnen en snel vervoer voor als het mis gaat. Kijk zij hebben ook een bepaald comfort in hun leven, maar dat zit in kleine dingen en alleen als je met hen samenleeft kun je daar ook van genieten: lekkere dingetjes om te eten, een heerlijk beschut plekje om te slapen. Ze leven in kleine groepen van maximaal 35 mensen die van bladeren en takken een hutje bouwen. Als het voedsel, dat ze rond hun kampje verzamelen, begint op te raken pakken ze hun spullen op hun rug en maken ze een nieuw kamp een paar kilometer verderop. Als mens kijken ze echt door je heen. Ze hoeven niets van jou, dus het persoonlijke contact is alles voor hen. In Maleisie is zo' n groep waarvan bekend was dat ze zo schuw waren dat je er alleen maar lege dorpjes kon zien, waaruit de mensen weggelopen waren. Ik werd daar onmiddellijk geaccepteerd en toen ik vroeg waarom ze niet weggelopen waren toen ze mij zagen komen, zeiden ze ‘Als je ogen het zelfde uitstralen als je hart, dan kunnen we wel met je omgaan’. Misschien is dat bij mij het geval, want ik heb nog nooit problemen gehad om contact te leggen met zulke volken. Daniels ging op zijn twintigste al, over land, naar India. “in dat deel van Azie zitten nog wel 200 stammen, volken. Bovendien is India een van de oudste en meest invloedrijke culturen in Azie, met een grote diepgang. Op de universiteit ontmoette ik mijn vriendin Corry van der Sluijs, waarmee ik jarenlang samen heb gereisd. Helaas is zij in 2002 aan kanker overleden en sinds die tijd ga ik weer alleen op pad. Begin van dit jaar ben ik naar Afrika gegaan. Ik heb tweedehands een auto gekocht waarmee ik in de bush uit de voeten kan en ik ben eerst door het Krugerpark getrokken en daarna vooral in de Kalahariwoestijn. In zuidelijk Afrika leven de San of bosjesmannen. Er liggen ook nog savannegebieden, waarvan gedacht wordt dat het de omgeving is waar in de oudheid de eerste mensen rechtop zijn gaan lopen. Ook de dieren waarop ze gejaagd hebben zijn daar nog in het wild te observeren. Ja, de eerste mensen hebben zich ontwikkeld in Afrika; alle opgravingen wijzen daarop. Hoe zij hun eigen wereld beleven, dat is nu mijn belangrijkste thema. Het grootste verschil met ons is dat ze leven in een organische verbondenheid met hun omgeving. Alles in hun omgeving heeft een levende ziel en hoewel alles voortdurend van vorm verandert: alles groeit, alles beweegt, blijft het dezelfde ziel houden. Door de kracht van hun eigen ziel hebben ze mentaal invloed op hun omgeving. Daardoor hebben ze een volledig vertrouwen in de natuur en leven met de zekerheid dat ze altijd genoeg zullen hebben. Als ze bedreigd zouden worden of als er te weinig regen valt, dan trekken ze weg naar een ander deel van de natuur. Ze bezitten weinig maar ze hebben het gevoel dat alles om hen heen voor hen is. Het is inderdaad dichtbij het paradijs” Daniels doet zijn werk volledig onbetaald en ontvangt van geen enkele instantie subsidie. “Het zou wel lekker zijn, maar ik kan mezelf financieel net overeind houden. Ik ga wel naar internationale conferenties, maar ik heb voor mijn werk nog nooit iets gevraagd en ook nog nooit gesolliciteerd. Mijn manier van leven heeft als voordeel dat ik me geen zorgen hoef te maken voor een carrière, ik hoef geen baas naar de mond te praten, en niemand te overtuigen van het nut van wat ik doe. Ik doe dus precies datgene waarvan ik vind dat dat belangrijk is en dat dat nodig is. Daardoor kijk ik ook heel open naar de wereld om mij heen en vaak loop ik tegen zaken aan waarvan ik denk ‘dat niemand daar nou nog is opgekomen’. Als ik het dan belangrijk vind breng ik het onder de aandacht en kunnen degenen wiens baan dat is er misschien iets aan doen. Zo werd laatst een hele grote milieuconferentie gehouden in Kopenhagen. Ik kreeg het programma in handen en zag dat er geen woord in stond over flairs, dat zijn affakkelinstallaties op gas- en olievelden. Die staan 24 uur per dag te branden en roet uit te stoten. Ze brengen methaangas tot heel hoog in de atmosfeer, waar het niet kan uitregenen. Methaan is 23 keer slechter voor het broeikaseffect dan CO2. Ik heb een mail gestuurd naar de VN organisatie die verantwoordelijk was voor toezicht op de olie-en gasbronnen. Met de milieuconferentie in het vooruitzicht moesten ze wel met een standpunt komen. Twee weken na mijn mail was er 200 miljoen beschikbaar om het flair probleem op te lossen. Zo heb ik ook indertijd iedereen die ik kende gewaarschuwd om niet naar Afghanistan te gaan. Het is een wespennest daar. Ik ben zelf in 1975, toen er nog geen sprake van oorlog was, een maand door Afghanistan gereisd. Sindsdien bleef ik de ontwikkelingen daar enigszins volgen. De oorlog daar gaat volgens mij helemaal niet om Taliban of El Queda of om de ontwikkeling van vrouwen en arme mensen. Het gaat om wegvallende defensie budgetten aan het einde van de koude oorlog. Verder praat niemand erover waar de heroine van Afghanistan blijft. Het land is de grootste heroine producent ter wereld. Kofi Annan heeft eens gezegd dat er in de handel in verboden drugs in de wereld evenveel geld omgaat als in de autoindustrie van Europa en Amerika tesamen. Ook schijnt niemand te weten dat er grote olie -en gas voorraden gevonden zijn in het noordoosten van Afghanistan in het midden van de jaren zeventig, waarna er een stammenstrijd om de macht (contracten) ontstak. Ik heb er ook voor gewaarschuwd dat een enkele muntsoort voor heel Europa het onmogelijk maakt om verschillen in welvaartsontwikkeling tot uitdrukking te brengen, zoals voorheen gebruikelijk was door middel van inflatie van een muntsoort. Daarom waren de Peso, de Lira en de Dragme zoveel minder waard dan de D-mark en de Gulden. Het risico dat de ondernemers snel en flexibel konden incalculeren wordt nu dus afgewenteld op de overheid die geen ander middel beschikbaar heeft dan het door te schuiven op de belastingbetaler. Helaas wilde men naar deze adviezen indertijd niet luisteren, hoewel velen moeten hebben begrepen dat ik gelijk had. Het zal een kwesties van eigenbelang en geld zijn: mooie baantjes voor mensen met veel ego en een middelmatig verstand, wat ze echt niet opgeven voor het algemeen belang, ook al worden ze betaald om juist dat te behartigen. Zulk soort ongevraagde en onbetaalde adviezen doe ik de laatste twintig jaar wel een paar keer per jaar; soms met de politiek, soms met de ontwikkeling van onze samenleving of wat goed is voor ons allemaal." Alfred Daniels kijkt uit naar de maand december. Dan pakt hij weer zijn rugzak om voor enkele maanden af te reizen naar Afrika, op zoek naar nieuwe inzichten in het ontstaan en de ontwikkeling van de mensheid. Ik begrijp het leven nu wel veel dieper dan 30 jaar terug, maar het blijft een wonder en een passie om er zoveel mogelijk van te leren. ” Wie zijn reizen in Afrika wil volgen moet blijven kijken op de weblog: freddaniels.waarbenjij.nu

Actief sinds 26 Dec. 2010
Verslag gelezen: 336
Totaal aantal bezoekers 369485

Voorgaande reizen:

27 December 2010 - 15 Augustus 2023

Zuidelijk Afrika

Landen bezocht: