Za. 2 - dinsdag 5 februari. Onderweg naar huis - Reisverslag uit Bronkhorstspruit, Zuid-Afrika van Fred Daniels - WaarBenJij.nu Za. 2 - dinsdag 5 februari. Onderweg naar huis - Reisverslag uit Bronkhorstspruit, Zuid-Afrika van Fred Daniels - WaarBenJij.nu

Za. 2 - dinsdag 5 februari. Onderweg naar huis

Door: Alfred Daniels

Blijf op de hoogte en volg Fred

05 Februari 2019 | Zuid-Afrika, Bronkhorstspruit

Zaterdag 2 februari. Vandaag of in ieder geval vanochtend zou het de eerste keer zijn geweest dat het goed zeilweer is, redelijk koel, licht bewolkt en een lekker windje. Maar helaas moet ik nu mijn tijd besteden om een dekzeil over de boot te maken. De UV straling is hoog en de kolenstof maakt alles grijs. Zo blijft er van mijn mooie trampoline en mijn zeil en mijn verfwerk niets over als ik het een paar maanden onbeschermd laat. Wel fijn dat de vissers goed weer hebben en ik ben natuurlijk ook heel blij dat het in de ochtend koel genoeg is om het dekzeil te maken. Ik ga eerst de spullen aan boord leggen die bij de boot horen en waarvoor ik geen plaats meer heb in de caravan. Dan til ik de motor op de trapladder en schuif die tot het uiteinde bijna bij de steiger is. Gelukkig komt de jongen die voor mijn buurman werkt even helpen om de ladder uiteinde op de steiger te krijgen en dat dragen we de motor op de trapladder gelegen naar boven waar de auto staat. Als een patient op een brancard. Daar zet ik de motor overeind en doe wat olie in de cilinder en dan leg ik hem achterop de klep van de auto en breng hem naar de winkel. Ik heb afgesproken dat hij daar nog in stalling mag blijven tot ik terug ben. Dan ga ik het dekkleed maken. Ik had de vorige keer drie lappen schaduwdoek gekocht van ieder drie meter breed en 6,5 meter lang. De eerste lap bedekt het hele middendeel van de boot van mastbeam tot aan de achterbeam en aan de zijkanten ruim over de kajuitjes. De tweede lap bedekt de hele achterkant tot over de helmstokken en de derde lap bedekt de voorkant vanaf de mastbeam tot aan de voorstag. Alleen de beide boegpunten steken er nog net onderuit. Lekker dat ik al rijgtouwtjes door die lappen had gedaan dat was nog veel werk de vorige keer: zestig meter om de drie centimeter. Nu kan ik de randen mooi op spanning brengen. Een aantal tie-wraps houden de kieren tussen de doekdelen dicht. Het ligt er prachtig bij. Het fijne van dit gaasdoek is dat het luchtig is en de wind en regen gemakkelijk doorlaat terwijl het toch een behoorlijke bescherming tegen de zon geeft. Deze grote lap van bijna veertig vierkante meter plooit zich gemakkelijk om de vormen van de boot en zakt tot op de trampoline en zal niet gemakkelijk opwaaien met veel wind of klapperen terwijl ie toch maar op een paar punten vastzit aan de boot. Get doek maakt ook geen geluid als het beweegt in de wind. Dan rij ik naar het winkelcentrum om nog geld op te nemen en melk en fruit te kopen. Bij de caravan wasgoed verzamelen en terwijl de wasmachines staan te draaien duik ik in het naastgelegen zwembadje om af te koelen want het is toch nog zeer heet geworden. Grappig een meneer heeft zijn hondje getrained om over de boomstam te lopen die over het bad ligt. Met vier korte pootjes is dat gemakkelijker dan het voor de mensen is, maar toch is het hondje trots dat ie de vijftien meter aandurft. Als de wasmachines een uur later klaar zijn doe ik de was in de drogers en ga naar de caravan. De oude slaapzak is gescheurd. Ik besluit hem niet verder te drogen maar weg te gooien. Dan gooi ik meteen maar nog meer oud spul weg. Uiteindelijk zelfs de tent die ik tien jaar bij me gehad heb maar slechts twee keer opgezet. Het prachtige TenCate katoen is nog prima, maar te zwaar en niet zo koel als het aluminiumdoek. Een van de schoonmaakdames vraagt of ik haar een briefje wil geven dat ik wat spullen aan haar schenk. Anders krijgt ze die spullen niet door de security. Als het wasgoed droog is rij ik nog terug naar de werf om het dekbedhoes aan Hester terug te brengen. Nog een laatste vaarwel aan Derreck en zijn vrouw die binnenkort vertrekken en een afscheid van Johan en Erika en dan rij ik terug naar de camping. Ik haal het grote zilverdoek van de caravan want het is net mooi droog na al die natte dagen. Dan ruim ik nog zoveel mogelijk op en berg spullen weg onder de fiammaluifel en de tafel, want het kan nog steeds gaan regenen.
Om haf vier ben ik weer wakker en schrijf ik nog een stuk aan dit verhaal.

Zondag 3 februari. Ik werd al om 12 uur snachts wakker en om twee uur weer en om drie uur. Om half vier ben ik opgestaan. Het is nog steeds heet maar net iets minder dan overdag. Met de ventilator aan en mijn kleren uit begin ik de zware dingen in de caravan te verplaatsen. Ik moet ruimte maken voor de kleine buitenboordmotor onder het bed. Dan ook voor de grote plastic container met daarin de 200 meter ankerlijn. Dan voor de ketting die 17,5 kilo weegt en het anker zelf. Alles moet zo plat mogelijk want de caravan heeft een slide-out. Dat is een soort treklade die uitgetrokken als een balkonnetje uitsteekt, maar als de caravan ingeklapt is moet die lade ook ingeschoven worden. Dan is er een ruimte onder de lade zoiets als onder het bed. Ik heb het tweede matras daar gewoonlijk ligt nu achter in de auto gelegd en dan is ruimte bovenop de lade van ca 20 centimeter. Daar leg ik de platgevouwen zeilen en zeilkleding en duikpak en wat kleine platte dingen om de ruimte zo goed mogelijk te benutten. Onder de lade moeten ook de campingtafel en de stoeltjes en het trapje nog komen en de toilettas en het keukengerei en de gereedschapkoffer en de dozen met overige zeilspullen voor de boot. Iedere centimeter wordt door mij opgevuld en ik laat er heel wat zweetdruppels bij en heel wat zuchten en klagen dat het zo heet is en dat het nooit zal lukken om alles een plekje te geven. Ik gooi ook maar flink wat weg aan dingen die ik de laatste jaren niet gebruikt heb of die toch hoog nodig aan vervanging toe waren. De buren die naar hun dochter in Canada gaan emigreren zijn blij met twee oude en lichtbeschadigde koffers voor en met de hoge plastic container die net een paar centimeter tehoog blijkt te zijn. Dan helpt deze buurman mij met het aanhaken van de caravan op de trekhaak aan de voorkant van de auto. Ik ben blij dat hij ook aanwijzingen wil geven bij het rijden want ik duw de caravan en ik kan er niet goed langs of overheen kijken. Het pad naar de storage is smal en bochtig met palen en struiken om het extra moeilijk te maken. Je merkt meteen dat de tuinmannen niet zelf met een caravan gereden hebben. Maar het lukt en ik draai de caravan zelfs in een keer goed in de smalle ruimte onder het afdak en dan laat ik hem zo staan want met dezelfde wieluitdraai moet ie er ook weer uitgehaald kunnen worden. Het is half negen als ik met de auto langs de receptie rij voor de Wifi emails en dan ga ik op weg naar de luchthaven van Johannesburg. Het is 700 kilometer. De eerste helft heeft een paar flinke lange hellingen, want de weg loopt door de oostelijke foothills van de Drakensbergen. Ik kan die prachtige bergformatie links van mij zien afsteken tegen de lucht. Het is National Heritage gebied. De tweede helft is meer vlak en kan ik bijna voortdurend 100 km per uur rijden in de 5e versnelling. Je kan goed merken dat ZuidAfrika nog veel onervaren chauffeurs heeft. Ik tel wel vijftig keer een auto met zwarte chauffeurs die met pech langs de weg staan en ook een rijstijl die laat zien dat de chauffeurs nog geen goed algemeen verkeersbeeld hebben. Je moet dus heel opletten want ze kunnen rare dingen doen. Er zijn veel dure en prachtige autos maar ook een heel aantal oude karretjes waar steeds wat aan mankeert. Het doet me nog het meest denken aan Nederland in de jaren zestig toen de auto bij ons een massa product begon te worden voor mensen die er maar net een konden kopen en die nog weinig rijervaring hadden. Ik rij over de 700 km totaal 9 uur. Onderweg maak ik twee keer een korte stop om koffie te drinken en de benen te strekken zodat ik goed wakker blijf. Het is bijna helemaal tolweg en ik ben bij elkaar 350 Rand aan tolgeld kwijt. Dat is 22.50 euro. Dat vind ik best veel maar het voordeel is dat je verder goed kan doorrijden omdat er alleen snelverkeer is en dat de weg van redelijke kwaliteit is. Bij de tweede tolpoort staan mensen leeches te verkopen ( 1.60 euro voor 30 stuks) en ik snoep onderweg twee hele zakken op, wat ook een goede bron van fruitsuikers is. Ik ben nog net met goed licht bij het guesthouse waar ik al vaker geweest ben als ik over Johannesburg vlieg. Een hartelijk welkom en weer een heerlijke en tot in detail verzorgde kamer. Het voelt als thuiskomen, zeg ik tegen William en Yvonne en een groter compliment kunnen zij zich niet wensen want ze hebben hun leven lang met hart en ziel gewerkt aan dit guesthouse. Vannacht wordt ik om half drie wakker van regen op het dak en schrijf ik nog een stuk aan dit verhaal van de dag.

Maandag 4 februari.
Lekker geslapen in het enorme bed hier. Gestreken lakens, perfecte kussens. Ontbijt was weer heel uitgebreid en perfect met een gedekte tafel met zilver en zes soorten zelfgemaakte jams. Eitjes toast, bacon vers gemaakt, een pot verse koffie. Je zou denken dat er een grote groep gasten is, maar ik ben de enige gast. Yvonne houdt van style. Ze heeft dit guesthouse in 23 jaar opgebouwd. We praten lang over de situatie in ZuidAfrika en haar zorgen voor de toekomst. Radicalen in de politiek roepen op tot terroristische acties tegen blanken, de regering lijkt niet te reageren tegen zo’n vorm van georganiseerde misdaad. William is snel oud aan het worden en Yvonne is ook al 74. Wat gaat ze doen als het ze teveel wordt? Ze wil wel van de verantwoordelijkheid af en bij haar zuster gaan wonen in Stellenbosch.
Daarna rij ik naar de caravanwinkel. Ze hebben ook het zilverdoek dat ik zocht maar nog meer variëteit. Ik loop er een poosje te kijken maar koop uiteindelijk alleen nieuwe klemmen voor de neuswielen van de caravan en nieuwe massiefrubberen wielen. Die luchtbandjes lopen steeds leeg en de klemmen die ik had slippen door als ik de neuswielen flink hoog moet opdraaien. Dan ga ik bij de supermarkt wat melk kopen en even rondkijken. Dit is ook weer een hele luxe supermarkt met alles wat wij in Nederland ook hebben. Terug bij het guesthouse ruim ik de voorkant van de auto op en maak de uiteindelijke indeling in de koffer en de handbagage. Om 1300 uur komt Nico. We bespreken hoe hij het bakkie gaat maken. Ik wil een aparte ruimte van dertig centimeter waar het reservewiel rechtop in kan staan en rechtop in en uit kan rollen want het wiel met zijn dikke stalen velg is te zwaar om in en uit de hoge bak te tillen. Die ruimte met een laaddeurtje moet net achter de cabine komen en daar wil ik ook het overige gereedschap opbergen. Dan wil ik in de ruimte daarachter voldoende lengte hebben om een matras te kunnen leggen. Daarmee wordt het bakkie 25 of 30 centimeter langer dan de huidige, maar steekt slechts 15 centimeter verder naar achteren dan de trekhaak. Dan moet er een stevige bumper achter want het aluminium is maar zwak. Toyota heeft origineel een achterbumper van een dubbele pijp. Dat lijkt me het goedkoopste en sterkste en het lichtste. Omdat de hele autobody al een verhoging van 1,5 inch heeft hoef ik in het nieuwe bakkie geen wielkasten te hebben, waardoor een helemaal platte laadvloer ontstaat. Ik hoef er ook geen ramen in te hebben. Wel een achterklep die gedeeltelijk omhoog en gedeeltelijk omlaag klapt zoals ik nu ook al heb. Dat omlaagklappende deel is reuze handig als werkbank. En het omhoogklappende deel is voor ventilatie of als je dingen wil vervoeren die nog langer zijn. Ik hoef er geen ramen in dus dat is snel en goedkoop. Maar ik wil in het dak een groot luik. Ik had de vorige keer op de jachtwerf twee Gebo dekluiken uit de container gered. Een van 60 bij 60 en een van 50 bij 50. Ik had al nieuw plexiglas bij me voor het luik van 50 bij 50 en nieuwe handels met sluiting, want beide luiken komen van een jacht dat brandschade had dus het plexyglas is beschadigd. Ik wil nu 1 van die luiken in het dak van de achterbak en het andere luik in het dak van de cabine. Dan heb ik vanuit allebei een mogelijkheid om -staande in de luikopening - rondom te fotograferen.
Nico begrijpt het allemaal heel snel en gaat een offerte maken. Ik denk dat het nogal eenvoudig is om dit te maken dus het zal vooral afhangen van de materiaalkosten. Nee, ik hoef niet op het dak te kunnen staan dus er hoeft ook geen dik aluminium op. Misschien werk ikzelf later de binnenkant nog af met isolatiemateriaal en mooie multiplex. En breng ik er elektra in aan. Maar daar heb ik het nu met Nico nog niet over gehad. Hij gaat een plan maken en we gaan de rest bespreken via de email. Hij kan er volgende maand pas aan beginnen maar heeft dan nog tijd genoeg voordat ik weer terugkom. Dan gaat Nico terug naar het werk waarmee hij bezig was en ga ik in de kamer mijn portemonnee en sleutels herindelen. Nog een uurtje slapen. Nette kleren aan. Afrekenen met William. En dan rijdt William mij naar de luchthaven. Daar gaat alles vlot totdat we in het vliegtuig zitten. Het begint te regenen en is erg warm want de airco werkt niet. Die zal gaan werken als de motoren starten, zegt de piloot, maar dan komt de mededeling dat de APU en ook de GPU niet werken. Geen idee wat het is, maar zonder GPU kunnen kennelijk de motoren niet gestart worden. We zitten nu al een half uur te zweten. De ventilatoren werken wel maar de airco niet. De man achter mij maakt zich er druk om. Hij schijnt te weten wat de APU en de GPU zijn. Hij is een piloot. Het is de generator aan boord: auxiliary power unit. Die moet kunnen werken als de motoren geen stroom leveren. Dus hebben ze de airport gevraagd om een grote generator, een ground power unit, maar die blijkt ook niet te werken. Zonder ground power kunnen ze de motoren niet starten. Ik maak een praatje met de man om hem te laten lachen in plaats van te ergeren. Ik zeg dat hij niet in Afrika geweest is als het niet te heet was en dat het starten met startkabels toch ook wel echt bij de Afrika ervaring hoort. Dat lukt. Hij begint nu ook gezelliger te praten met zijn buurman en tien minuten later starten de motoren en dus ook de airo en koelt het binnen af. Nu worden de hoogteflappen gecheckt en een uur vertraging rijden we naar de startbaan. Ik kijk wat films, een documentaire over creativiteit in topsporters: in search of greatness. Met lange interviews met Wayne Gretzky, Pele, Jerry Rice en andere Amerikaanse toppers. Ze benadrukken allemaal het belang van vrij spelen, ongestructureerd spel waarin mensen nieuwe dingen gaan uitproberen en uiteindelijk de hele sport vernieuwen. Dan kijk ik naar een documentaire over het ontstaan van de jeugdcultuur in Amerika gezien vanuit het perspectief van het Rolling Stone magazine.

Dinsdag 5 februari

Het is tien over zeven en ik zit op Dubai airport te wachten op het instappen naar Amsterdam. Ik blijf het vliegen vreselijk vermoeiend vinden. Zelfs in deze moderne Aurbus 300/800. Wat zitten die stoelen toch slecht en kunnen ze niet voldoende achterover om een beetje te liggen. Ik snap niet dat die slimme luchtvaartmaatschappijen dat nog niet beter hebben ingedeeld. Misschien dat hun CEO’s nooit economyclass gevlogen hebben op een lange vlucht. Het idee dat je rechtop moet zitten is natuurlijk onzin. Die mensen passen gewoon allemaal in die ruimte of ze nu staan of zitten of liggen. Gestrekt of opgerold, naast of achter of boven elkaar doet er niet toe. Wel gaat er veel ruimte verloren met die onzinnige en onhandige handbagage. Ik zie er nooit iemand iets uithalen dus waarom gaan die koffertjes niet gewoon bij de rest en wordt die beveiliging van de bagage op de luchthavens verbeterd? Klein tasje voor personal is genoeg.

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Fred

Een photo zegt meer dan 1000 woorden. Zie mijn photosite op Flickr.com/photos/AlfredDaniels. Gymn. B. Sociale- en Culturele Antropologie in Leiden. Vele jaren in Azie: India, Maleisie; Thailand. Onderzoek bij jagers/verzamelaarsvolken. Zeven jaar gereisd in de Verenigde Staten. Nu op reis voor een nog onbekend aantal jaren in Afrika. Op zoek naar het Paradijs: nog niet gevonden. Wel gevonden: het wonder op de planeet Aarde. onderstaand artikel n.a.v interview door Alfons de Wit. Alfred Daniels zoekt naar de oorsprong van het leven. Alfred Daniels maakte, na het behalen van zijn Gymnasium bêta-diploma een opmerkelijke keuze. Waar een studie medicijnen; mechanica of natuurkunde voor de hand zou hebben gelegen, koos hij voor culturele antropologie. “Ik was geboeid geraakt door de vraag waar het leven vandaan is gekomen en hoe de mensheid zich ontwikkeld heeft. Dan kun je de verhalen lezen van archeologen, die vaak moeten uitgaan van allerlei ver- en vooronderstellingen, maar je kunt ook zelf gaan kijken bij de jagers- en verzamelaarsvolken. Dat zijn volken die in de manier waarop ze met de natuur omgaan nog het dichtst bij de oorsprong van het menselijk leven zijn gebleven. Er zijn nog een paar kleine groepjes over in de wereld. Kijk, toen ik nog studeerde in Leiden bestonden er al wel onderzoeken waarbij enkele individuen van zulke jagers-en verzamelaarsvolken buiten hun woon- en leefgebied zijn onderzocht. Die waren meegenomen naar de beschaafde wereld en die heeft men toen geprobeerd te interviewen en hun taal en hun verhalen op te schrijven. Als je echter een beeld van hun leefomstandigheden wil krijgen dan zul je de mensen ook in hun leefomgeving moeten observeren. Of dat gevaarlijk is? Ik weet het niet. Je moet ze met open blik tegemoet treden en primitief kunnen leven. Gelukkig hebben we nu ook moderne medicijnen en snel vervoer voor als het mis gaat. Kijk zij hebben ook een bepaald comfort in hun leven, maar dat zit in kleine dingen en alleen als je met hen samenleeft kun je daar ook van genieten: lekkere dingetjes om te eten, een heerlijk beschut plekje om te slapen. Ze leven in kleine groepen van maximaal 35 mensen die van bladeren en takken een hutje bouwen. Als het voedsel, dat ze rond hun kampje verzamelen, begint op te raken pakken ze hun spullen op hun rug en maken ze een nieuw kamp een paar kilometer verderop. Als mens kijken ze echt door je heen. Ze hoeven niets van jou, dus het persoonlijke contact is alles voor hen. In Maleisie is zo' n groep waarvan bekend was dat ze zo schuw waren dat je er alleen maar lege dorpjes kon zien, waaruit de mensen weggelopen waren. Ik werd daar onmiddellijk geaccepteerd en toen ik vroeg waarom ze niet weggelopen waren toen ze mij zagen komen, zeiden ze ‘Als je ogen het zelfde uitstralen als je hart, dan kunnen we wel met je omgaan’. Misschien is dat bij mij het geval, want ik heb nog nooit problemen gehad om contact te leggen met zulke volken. Daniels ging op zijn twintigste al, over land, naar India. “in dat deel van Azie zitten nog wel 200 stammen, volken. Bovendien is India een van de oudste en meest invloedrijke culturen in Azie, met een grote diepgang. Op de universiteit ontmoette ik mijn vriendin Corry van der Sluijs, waarmee ik jarenlang samen heb gereisd. Helaas is zij in 2002 aan kanker overleden en sinds die tijd ga ik weer alleen op pad. Begin van dit jaar ben ik naar Afrika gegaan. Ik heb tweedehands een auto gekocht waarmee ik in de bush uit de voeten kan en ik ben eerst door het Krugerpark getrokken en daarna vooral in de Kalahariwoestijn. In zuidelijk Afrika leven de San of bosjesmannen. Er liggen ook nog savannegebieden, waarvan gedacht wordt dat het de omgeving is waar in de oudheid de eerste mensen rechtop zijn gaan lopen. Ook de dieren waarop ze gejaagd hebben zijn daar nog in het wild te observeren. Ja, de eerste mensen hebben zich ontwikkeld in Afrika; alle opgravingen wijzen daarop. Hoe zij hun eigen wereld beleven, dat is nu mijn belangrijkste thema. Het grootste verschil met ons is dat ze leven in een organische verbondenheid met hun omgeving. Alles in hun omgeving heeft een levende ziel en hoewel alles voortdurend van vorm verandert: alles groeit, alles beweegt, blijft het dezelfde ziel houden. Door de kracht van hun eigen ziel hebben ze mentaal invloed op hun omgeving. Daardoor hebben ze een volledig vertrouwen in de natuur en leven met de zekerheid dat ze altijd genoeg zullen hebben. Als ze bedreigd zouden worden of als er te weinig regen valt, dan trekken ze weg naar een ander deel van de natuur. Ze bezitten weinig maar ze hebben het gevoel dat alles om hen heen voor hen is. Het is inderdaad dichtbij het paradijs” Daniels doet zijn werk volledig onbetaald en ontvangt van geen enkele instantie subsidie. “Het zou wel lekker zijn, maar ik kan mezelf financieel net overeind houden. Ik ga wel naar internationale conferenties, maar ik heb voor mijn werk nog nooit iets gevraagd en ook nog nooit gesolliciteerd. Mijn manier van leven heeft als voordeel dat ik me geen zorgen hoef te maken voor een carrière, ik hoef geen baas naar de mond te praten, en niemand te overtuigen van het nut van wat ik doe. Ik doe dus precies datgene waarvan ik vind dat dat belangrijk is en dat dat nodig is. Daardoor kijk ik ook heel open naar de wereld om mij heen en vaak loop ik tegen zaken aan waarvan ik denk ‘dat niemand daar nou nog is opgekomen’. Als ik het dan belangrijk vind breng ik het onder de aandacht en kunnen degenen wiens baan dat is er misschien iets aan doen. Zo werd laatst een hele grote milieuconferentie gehouden in Kopenhagen. Ik kreeg het programma in handen en zag dat er geen woord in stond over flairs, dat zijn affakkelinstallaties op gas- en olievelden. Die staan 24 uur per dag te branden en roet uit te stoten. Ze brengen methaangas tot heel hoog in de atmosfeer, waar het niet kan uitregenen. Methaan is 23 keer slechter voor het broeikaseffect dan CO2. Ik heb een mail gestuurd naar de VN organisatie die verantwoordelijk was voor toezicht op de olie-en gasbronnen. Met de milieuconferentie in het vooruitzicht moesten ze wel met een standpunt komen. Twee weken na mijn mail was er 200 miljoen beschikbaar om het flair probleem op te lossen. Zo heb ik ook indertijd iedereen die ik kende gewaarschuwd om niet naar Afghanistan te gaan. Het is een wespennest daar. Ik ben zelf in 1975, toen er nog geen sprake van oorlog was, een maand door Afghanistan gereisd. Sindsdien bleef ik de ontwikkelingen daar enigszins volgen. De oorlog daar gaat volgens mij helemaal niet om Taliban of El Queda of om de ontwikkeling van vrouwen en arme mensen. Het gaat om wegvallende defensie budgetten aan het einde van de koude oorlog. Verder praat niemand erover waar de heroine van Afghanistan blijft. Het land is de grootste heroine producent ter wereld. Kofi Annan heeft eens gezegd dat er in de handel in verboden drugs in de wereld evenveel geld omgaat als in de autoindustrie van Europa en Amerika tesamen. Ook schijnt niemand te weten dat er grote olie -en gas voorraden gevonden zijn in het noordoosten van Afghanistan in het midden van de jaren zeventig, waarna er een stammenstrijd om de macht (contracten) ontstak. Ik heb er ook voor gewaarschuwd dat een enkele muntsoort voor heel Europa het onmogelijk maakt om verschillen in welvaartsontwikkeling tot uitdrukking te brengen, zoals voorheen gebruikelijk was door middel van inflatie van een muntsoort. Daarom waren de Peso, de Lira en de Dragme zoveel minder waard dan de D-mark en de Gulden. Het risico dat de ondernemers snel en flexibel konden incalculeren wordt nu dus afgewenteld op de overheid die geen ander middel beschikbaar heeft dan het door te schuiven op de belastingbetaler. Helaas wilde men naar deze adviezen indertijd niet luisteren, hoewel velen moeten hebben begrepen dat ik gelijk had. Het zal een kwesties van eigenbelang en geld zijn: mooie baantjes voor mensen met veel ego en een middelmatig verstand, wat ze echt niet opgeven voor het algemeen belang, ook al worden ze betaald om juist dat te behartigen. Zulk soort ongevraagde en onbetaalde adviezen doe ik de laatste twintig jaar wel een paar keer per jaar; soms met de politiek, soms met de ontwikkeling van onze samenleving of wat goed is voor ons allemaal." Alfred Daniels kijkt uit naar de maand december. Dan pakt hij weer zijn rugzak om voor enkele maanden af te reizen naar Afrika, op zoek naar nieuwe inzichten in het ontstaan en de ontwikkeling van de mensheid. Ik begrijp het leven nu wel veel dieper dan 30 jaar terug, maar het blijft een wonder en een passie om er zoveel mogelijk van te leren. ” Wie zijn reizen in Afrika wil volgen moet blijven kijken op de weblog: freddaniels.waarbenjij.nu

Actief sinds 26 Dec. 2010
Verslag gelezen: 279
Totaal aantal bezoekers 345302

Voorgaande reizen:

27 December 2010 - 15 Augustus 2023

Zuidelijk Afrika

Landen bezocht: