Storm en regen. - Reisverslag uit Krugersdorp, Zuid-Afrika van Fred Daniels - WaarBenJij.nu Storm en regen. - Reisverslag uit Krugersdorp, Zuid-Afrika van Fred Daniels - WaarBenJij.nu

Storm en regen.

Door: alfred daniels

Blijf op de hoogte en volg Fred

02 Maart 2015 | Zuid-Afrika, Krugersdorp

Weer gedonder met deze site, nu lkan ik mijn notities nirt openrn om die te kopieren naar dit verhaal. Ja hoor na vijf pogingen en drie keer opnieuw opstarten :
Het regent en mijn kampje is veranderd in een modderpoel. Het begon als een verfrissend buitje tegen de avond. Ik hoopte nog dat het niet zo overwaaien toen de eerste regenwolken tegen vijf uur smiddags wat verkoeling brachten. De eerste druppels heb ik in dankbaarheid op mijn blote lijf willen voelen. Maar toen kwamen de rukwinden met slagregens. Ik stond net buiten te koken onder het grote tentdoek. Ik heb nog de kleine militaire hakschep tevoorschijn gehaald toen de water op het laagste punt van het tentdoek niet meteen in de kurkdroge grond zakte en daar plassen begon te vormen. Even een geultje hakken zodat het onder de tent niet nat wordt. Maar een half uurtje later zag ik de water en modderstromen al mijn richting opkomen. Dat hou ik niet tegen met een schepje. Zoveel mogelijk opgeruimd. Mijn eten stond nog op en dus moest de tafel blijven staan. Ik heb de plastic doos met keukengerij op het veldbed gezet zodat die niet zou wegdrijven. Staande op twee keukentrapjes ben ik verder gegaan met koken totdat ik het eten mee naar binnen kon nemen. Nu is het half elf en opnieuw zware slagregens. Ik hoop dat het niet heel erg gaat worden zoals op 25 februari 2000 toen de rivieren vijftien meter stegen. Dan red ik het niet met mijn keukentrapje. Ik sta wel op het laagste deel van de camping, waar het water naar de drinkplaats van de dieren loopt. Juist daarom ben ik hier gaan staan. Vannacht zijn er nog vijf grote olifanten komen drinken op enkele meters van mijn bed. Een geweldige ervaring om deze reusachtige dieren zo dichtbij te voelen en te horen hoe hun enorme maag zich vult met het schone drinkwater. Ze genieten er zelf ook zichbaar van als ze met hun grote slurf wel tien liter tegelijk opzuigen en dan hun hoofd naar achteren brengen om het de punt van de slurf in hun mond te kunnen brengen. Dan laten ze de zuigkracht los en loopt het waters met grote snelheid hun slokdarm in. Dat is nog eens downloaden.
De hele dag is het een komen en gaan geweest van dieren die kwamen drinken. Als ik lang genoeg zou blijven zou ik ze individueel kunnen leren kennen, want in de vier weken dat ik hier nu sta zie ik elke dag dezelfde groepjes dieren terug komen. De Kudus, de Nyalas, de Warthogs, de Impalas, de Buffels, de Bavianen, de Vervetaapjes, de Olifanten. Ik schat dat er zo'n duizend grote zoogdieren zijn die van deze drinkplaats gebruik maken. Ik vraag me af waar de dieren nu zijn. Staan ze in de stromende regen te wachten of zijn ze onder de struiken gekropen? Zijn de jonge dieren bang omdat ze niet weten wat er opeens gebeurd? Zijn de olifanten en de buffels en de warthogs er blij mee? Zij houden zo van een bad en van het spelen in het koele water. En de mieren die overal rondlopen en waarvoor ik steeds zo snel mogelijk mijn afwas moet doen? Waar zijn zij als er opeens water op de grond blijft staan? En de duizenden vogels die dagelijks komen drinken en waar ik met mijn scoop al heel wat fotos van heb gemaakt omdat zij eerst neerstrijken op een boom voordat ze naar de grond afdalen om te gaan drinken in de plasjes die zijn achter gebleven in de voetstappen van de buffels en de olifanten. Zitten de jonge baviaantjes dicht tegen het warme lijf van hun moeder aangekropen en kijken zij vol verbazing naar deze nieuwe gebeurtenis in hun spannende omgeving? Het onweert ook en je voelt de luchtdruk van de donder. Als ik met mijn zaklamp door het raam naar buiten kijk stroomt er water en een modderstroom van vijf tot tien centimeter diep onder mijn caravan door. Maar de regen en de wind worden erger. Toen ik de caravan bouwde ging ik ervan uit dat ie net als de auto door tachtig centimeter water moest kunnen zonder dat het water naar binnen komt. Dat is ook ongeveer het punt waarop hij zal gaan drijven tenzij ik de onderbak open zet en toesta dat het water alles daarin nat zal maken. Ik hoop niet dat het zover komt. Als het in de loop van de nacht toch die kant op gaat kan ik nog proberen om de auto ervoor te rijden en de caravan aan te koppelen en onder het grote tentzeil uit weg te rijden naar een hoger gedeelte. Het hoogste gedeelte is tegen de helling van de heuvel op bij de receptie en het restaurant. Dit kamp bestaat al sinds 1934 maar ik weet niet of het eerder geheel overstroomd is. Missschien alleen het campinggedeelte? Het gaat nog harder regenen. Ondanks de rukwinden blijft het grote tentzeil goed staan. Het is 5 bij 6 meter en ik heb het andere zeil van 3 bij 4 meter er ook aan vast gemaakt om ook bij lage zon toch nog schaduw te houden. Even weer met de zaklamp buiten kijken. Het water stroomt onder de caravan door met behoorlijke snelheid weg in de richting van de drinkplaats. De waterstroom is op zijn diepste punt nu zo 'n tien centimeter.
Ik voel dat het matras op het bakonnetje waarop ik de laatste weken geslapen heb toch nat is geworden. Kennelijk slaat het grote doek door en is er water onder gekomen op het polyesterdak. Ik haal het tentje van muskietengaas waaronder ik geslapen heb weg om de tent van zwaar vrachtwagen zeildoek over het balkon te kunnen spannen. Gelukkig kan het allemaal van binnenuit. En het valt ook mee dat het electrische licht het nog steeds doet, dus wel verstandig om nu in actie te komen.
Maar achter het muskietententje hebben zich een aantal insecten verzameld en die maken nu dankbaar gebruik van de droge accomodatie aan deze kant van het muskietendoek. Ik hoop dat ze niet denken dat ontbijt en dinner ook inbegrepen zijn!
De vraag waar de mieren hun toevlucht zoeken is nu ook opgelost. Onder het zware zeildoek dat opgerolt lag waren ze bezig een dependance te stichten. Die beestjes hebben wel verstand van kwaliteit. Zo dat is klaar.
Ik ben nu ook beter voorbereid in geval ik zou moeten wegrijden. Het balkonnetje had ik thuis al aangepast zodat ik er ook een klein stukje mee zou kunnen rijden zonder alles eerst te moeten inschuiven en invouwen. En dat heb ik al een paar keer gedaan om te verkassen naar een beter plekkie op dezelfde camping. Door mijn aanpassing steunt het balkon nu niet alleen op stelpoten maar het hangt ook met roestvrij stalen kettinkjes aan het dak. Als ik de stelpoten inschuif kan het dus gewoon blijven hangen en kan ik er een klein stukje mee rijden.
Ik heb nu ook aan die kant van de caravan gezien dat de modderrivier precies onder mijn caravan door loopt, maar hij stroomt wel goed en snel af in de richting van de drinkplaats voor de dieren. Wat zullen de buffels en de warthogs van de week veel genieten!
Behalve een aantal nachtvlinders en kevers is er nu ook een prachtige libelle van acht centimeter lang en een centimeter dik naar binnen gekomen. Hij zat vast tussen de deur en het muskietengaas gordijn dat daar voor hangt. Hij begon hard met zijn vleugels te klapperen toen ik langs liep en is nu blij dat ie weer vrij is. Hij vliegt heel begheerst in de beerkte ruimtevzpal een helikopterpiloot. Nadat de libelle en de nachtvlinders even rond het lampje hebben gevlogen zijn ze nu tot rust gekomen tegen het gordijn en op mijn handdoek die aan het kapstokje hangt. Als ze rustig blijven zitten mogen ze van mij wel tot morgen de bui uitzitten. Het lijkt dat ze dat begrijpen want ze houden zich opvallend stil ondanks de aantrekkingskracht van het lamplicht. Oh, een grote nachtvlinder voelt zich zeker aangesproken en begint nu als een dolle rond het lampje te vliegen. Maar het is nu ook al bijna kwart voor een en ik ga proberen wat te slapen. De kracht van de buien is iets afgenomen dus ik kan beter nu wat rust nemen voor als er vannacht nog meer zou komen.
Tegen een uur of vijf wordt ik wakker gemaakt door de nachtvlinder. Hij vliegt in mijn gezicht. Ik jaag hem weg maar hij blijft terugkomen en gaat op mijn borst zitten. Ik zet het raam helemaal open en dan vliegt ie naar buiten.
Als ik om zeven uur weer wakker wordt is het droog. Allleen vanuit de bomen druppelt het nog. Ik hoor in de verte een leeuw roepen. En ook de hoge hinnik van een zebra. De leiders van een groep zebras maken een hoge hinnik als ze alarm roepen of als ze de kudde bijeen willen hebben voor een gezamenlijk vertrek.
Het water staat niet meer op de grond en ik ga proberen hoe zacht de grond nog is.
De lucht is nog grauw en het mieser regent. De grond rond de caravan is bedekt met een laag modder, maar de modderlaag is net hard genoeg om er op te lopen zonder dat je er te diep in wegzakt. Het tentdoek is aan de achterpunt losgeslagen en ik zet het opnieuw vast met een langere scheerlijn. Ik maak een lekkere mok koffie en eet er een paar rusks met marmelade bij.
Ai, een van de spanbanden van de zitting van mijn stoeltje breekt. Dan ga ik eerst maar even naar binnen want het begint ook wat meer te regenen. Even nadenken hoe ik het stoeltje kan repareren. Gisteren heb ik nog leuk gepraat met Bjorn en Nikkie. Zij heeft net een aanstelling gekregen als arts in Kruger. Hij is geoloog. Ze moeten nu als kennismaking een aantal kampen en outposts gaan bezoeken. Ik ontmoette haar in de observatiehut en hielp haar met de instellingen van haar camera voor de nachtfotografie bij kunstlicht. Ze vertelde dat ze Kruger geweldig vind, maar ze mist de openheid van de oceaan en dat is precies ook mijn gevoel hier. Toch wel heerlijk dat je niet helemaal omringt bent door mensen met hun herrie machines, maar de oceaan geeft nog een ruimer gevoel dan bossen. Ze zijn net drie maanden terug aan wal. Ze hebben met een 44voets catamaran precies de tocht gemaakt waar ik al een paar jaar over loop te denken. Via de kust van Madagaskar en de Comoren langs de kust van Mozambique naar het noorden en dan oversteken naar de Seychellen en terug naar de kust van Tanzania. Ze waren vertrokken in april en waren negen maanden onderweg tot december. De wind is stabiel en rustig in deze maanden. Het stormseizoen is nu, van december tot en met maart. Hun boot ligt nu aan een mooring in Tanzania. Aan een afmeer lijn. Hoe gaan ze verder? Misschien de boot verkopen of genoeg geld gaan sparen voor een volgende reis overzee? Ze zijn pas dertigers dus te jong voor een leven als yachties, maar het verlangen naar die vrijheid is vooral bij Nikkie heel sterk en zal wel niet meer weggaan. Zij zou haar hele leven wel willen blijven varen. Hun boot is op dit moment boven mijn budget maar misschien zoeken ze wel betalende bemanning voor hun volgende reis. Voor mij zijn er ook alternatieven. Een Dow kopen bijvoorbeeld. Of er een huren met bemanning. Die zijn gemaakt voor deze wateren en dan heb je ook geen problemen met verzekeringen enzo. Natuurlijk is een solide gebouwde caramaran van zo'n formaat wel een droomschip met alle faciliteiten aan boord en snelheid en een geringe diepgang. Hoe dan ook, ik moest toch maar eens een yacht certificaat gaan halen als ik weer in Nederland ben of anders hier in Zuid Afrika. Zelf hebben zij Hobiecat gevaren, ook wedstrijden, zelfs op lake Malawi. En toen ervaring op jachten opgedaan door mee te zeilen op delivery. Van de week heb ik ook leuk gepraat met Herman en Yvon, een Zuid Afrikaans stel. Zij zijn achter in de vijftig. Hij heeft een antiek caravannetje uit de jaren zestig gerestaureerd en dat opnieuw ingericht. Dat trekken ze nu achter hun bijna nieuwe Toyota Landcruiser in Editie uitvoering met alle luxe opties! Hij heeft als aannemer gewerkt en een farm gekocht en zijn spaargeld belegd. Ze zijn nu een grote vakantiereis aan het maken want ze wonen in Oudtshoorn aan de zuidwest kant van Zuid Afrika.
Het is inmiddels droog geworden en ik ga het tentje van zware zeildoek dat ik over het balkonnetje had gezet opklappen zodat er meer licht en lucht naar binnen kan komen.
Ik ben het stoeltje aan het reparen met twee stukken van een spanband als Thomas, de kampmanager, langs komt om te informeren hoe het er mee gaat. Voor de natuur zijn zij erg blij met deze flinke hoeveelheid water vertelt hij met een blij gezicht. Aan het modderspoor op de banden van mijn caravan kun je goed zien dat het water tot aan de helft van de hoogte van het rubber gestaan heeft meer dan tien centimeter.
Het is nog steeds bewolkt maar het is wel opgehouden met regenen.
Tegen tien uur voel je de zonnewarmte een beetje doorkomen, hoewel het de hele regenperiode niet koud is geweest en ik alleen in een onderbroek-boxershort heb gelopen. De rest van de dag blijft het droog, maar ik heb geen enkel dier meer naar de drinkplaats zien komen.

  • 04 Maart 2015 - 10:03

    Wilhelma:

    Hallo Fred,
    Dat was me wel een buitje, grappig zoals je het allemaal verteld ☺
    Blijf genieten!
    groet Wilhelma

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Fred

Een photo zegt meer dan 1000 woorden. Zie mijn photosite op Flickr.com/photos/AlfredDaniels. Gymn. B. Sociale- en Culturele Antropologie in Leiden. Vele jaren in Azie: India, Maleisie; Thailand. Onderzoek bij jagers/verzamelaarsvolken. Zeven jaar gereisd in de Verenigde Staten. Nu op reis voor een nog onbekend aantal jaren in Afrika. Op zoek naar het Paradijs: nog niet gevonden. Wel gevonden: het wonder op de planeet Aarde. onderstaand artikel n.a.v interview door Alfons de Wit. Alfred Daniels zoekt naar de oorsprong van het leven. Alfred Daniels maakte, na het behalen van zijn Gymnasium bêta-diploma een opmerkelijke keuze. Waar een studie medicijnen; mechanica of natuurkunde voor de hand zou hebben gelegen, koos hij voor culturele antropologie. “Ik was geboeid geraakt door de vraag waar het leven vandaan is gekomen en hoe de mensheid zich ontwikkeld heeft. Dan kun je de verhalen lezen van archeologen, die vaak moeten uitgaan van allerlei ver- en vooronderstellingen, maar je kunt ook zelf gaan kijken bij de jagers- en verzamelaarsvolken. Dat zijn volken die in de manier waarop ze met de natuur omgaan nog het dichtst bij de oorsprong van het menselijk leven zijn gebleven. Er zijn nog een paar kleine groepjes over in de wereld. Kijk, toen ik nog studeerde in Leiden bestonden er al wel onderzoeken waarbij enkele individuen van zulke jagers-en verzamelaarsvolken buiten hun woon- en leefgebied zijn onderzocht. Die waren meegenomen naar de beschaafde wereld en die heeft men toen geprobeerd te interviewen en hun taal en hun verhalen op te schrijven. Als je echter een beeld van hun leefomstandigheden wil krijgen dan zul je de mensen ook in hun leefomgeving moeten observeren. Of dat gevaarlijk is? Ik weet het niet. Je moet ze met open blik tegemoet treden en primitief kunnen leven. Gelukkig hebben we nu ook moderne medicijnen en snel vervoer voor als het mis gaat. Kijk zij hebben ook een bepaald comfort in hun leven, maar dat zit in kleine dingen en alleen als je met hen samenleeft kun je daar ook van genieten: lekkere dingetjes om te eten, een heerlijk beschut plekje om te slapen. Ze leven in kleine groepen van maximaal 35 mensen die van bladeren en takken een hutje bouwen. Als het voedsel, dat ze rond hun kampje verzamelen, begint op te raken pakken ze hun spullen op hun rug en maken ze een nieuw kamp een paar kilometer verderop. Als mens kijken ze echt door je heen. Ze hoeven niets van jou, dus het persoonlijke contact is alles voor hen. In Maleisie is zo' n groep waarvan bekend was dat ze zo schuw waren dat je er alleen maar lege dorpjes kon zien, waaruit de mensen weggelopen waren. Ik werd daar onmiddellijk geaccepteerd en toen ik vroeg waarom ze niet weggelopen waren toen ze mij zagen komen, zeiden ze ‘Als je ogen het zelfde uitstralen als je hart, dan kunnen we wel met je omgaan’. Misschien is dat bij mij het geval, want ik heb nog nooit problemen gehad om contact te leggen met zulke volken. Daniels ging op zijn twintigste al, over land, naar India. “in dat deel van Azie zitten nog wel 200 stammen, volken. Bovendien is India een van de oudste en meest invloedrijke culturen in Azie, met een grote diepgang. Op de universiteit ontmoette ik mijn vriendin Corry van der Sluijs, waarmee ik jarenlang samen heb gereisd. Helaas is zij in 2002 aan kanker overleden en sinds die tijd ga ik weer alleen op pad. Begin van dit jaar ben ik naar Afrika gegaan. Ik heb tweedehands een auto gekocht waarmee ik in de bush uit de voeten kan en ik ben eerst door het Krugerpark getrokken en daarna vooral in de Kalahariwoestijn. In zuidelijk Afrika leven de San of bosjesmannen. Er liggen ook nog savannegebieden, waarvan gedacht wordt dat het de omgeving is waar in de oudheid de eerste mensen rechtop zijn gaan lopen. Ook de dieren waarop ze gejaagd hebben zijn daar nog in het wild te observeren. Ja, de eerste mensen hebben zich ontwikkeld in Afrika; alle opgravingen wijzen daarop. Hoe zij hun eigen wereld beleven, dat is nu mijn belangrijkste thema. Het grootste verschil met ons is dat ze leven in een organische verbondenheid met hun omgeving. Alles in hun omgeving heeft een levende ziel en hoewel alles voortdurend van vorm verandert: alles groeit, alles beweegt, blijft het dezelfde ziel houden. Door de kracht van hun eigen ziel hebben ze mentaal invloed op hun omgeving. Daardoor hebben ze een volledig vertrouwen in de natuur en leven met de zekerheid dat ze altijd genoeg zullen hebben. Als ze bedreigd zouden worden of als er te weinig regen valt, dan trekken ze weg naar een ander deel van de natuur. Ze bezitten weinig maar ze hebben het gevoel dat alles om hen heen voor hen is. Het is inderdaad dichtbij het paradijs” Daniels doet zijn werk volledig onbetaald en ontvangt van geen enkele instantie subsidie. “Het zou wel lekker zijn, maar ik kan mezelf financieel net overeind houden. Ik ga wel naar internationale conferenties, maar ik heb voor mijn werk nog nooit iets gevraagd en ook nog nooit gesolliciteerd. Mijn manier van leven heeft als voordeel dat ik me geen zorgen hoef te maken voor een carrière, ik hoef geen baas naar de mond te praten, en niemand te overtuigen van het nut van wat ik doe. Ik doe dus precies datgene waarvan ik vind dat dat belangrijk is en dat dat nodig is. Daardoor kijk ik ook heel open naar de wereld om mij heen en vaak loop ik tegen zaken aan waarvan ik denk ‘dat niemand daar nou nog is opgekomen’. Als ik het dan belangrijk vind breng ik het onder de aandacht en kunnen degenen wiens baan dat is er misschien iets aan doen. Zo werd laatst een hele grote milieuconferentie gehouden in Kopenhagen. Ik kreeg het programma in handen en zag dat er geen woord in stond over flairs, dat zijn affakkelinstallaties op gas- en olievelden. Die staan 24 uur per dag te branden en roet uit te stoten. Ze brengen methaangas tot heel hoog in de atmosfeer, waar het niet kan uitregenen. Methaan is 23 keer slechter voor het broeikaseffect dan CO2. Ik heb een mail gestuurd naar de VN organisatie die verantwoordelijk was voor toezicht op de olie-en gasbronnen. Met de milieuconferentie in het vooruitzicht moesten ze wel met een standpunt komen. Twee weken na mijn mail was er 200 miljoen beschikbaar om het flair probleem op te lossen. Zo heb ik ook indertijd iedereen die ik kende gewaarschuwd om niet naar Afghanistan te gaan. Het is een wespennest daar. Ik ben zelf in 1975, toen er nog geen sprake van oorlog was, een maand door Afghanistan gereisd. Sindsdien bleef ik de ontwikkelingen daar enigszins volgen. De oorlog daar gaat volgens mij helemaal niet om Taliban of El Queda of om de ontwikkeling van vrouwen en arme mensen. Het gaat om wegvallende defensie budgetten aan het einde van de koude oorlog. Verder praat niemand erover waar de heroine van Afghanistan blijft. Het land is de grootste heroine producent ter wereld. Kofi Annan heeft eens gezegd dat er in de handel in verboden drugs in de wereld evenveel geld omgaat als in de autoindustrie van Europa en Amerika tesamen. Ook schijnt niemand te weten dat er grote olie -en gas voorraden gevonden zijn in het noordoosten van Afghanistan in het midden van de jaren zeventig, waarna er een stammenstrijd om de macht (contracten) ontstak. Ik heb er ook voor gewaarschuwd dat een enkele muntsoort voor heel Europa het onmogelijk maakt om verschillen in welvaartsontwikkeling tot uitdrukking te brengen, zoals voorheen gebruikelijk was door middel van inflatie van een muntsoort. Daarom waren de Peso, de Lira en de Dragme zoveel minder waard dan de D-mark en de Gulden. Het risico dat de ondernemers snel en flexibel konden incalculeren wordt nu dus afgewenteld op de overheid die geen ander middel beschikbaar heeft dan het door te schuiven op de belastingbetaler. Helaas wilde men naar deze adviezen indertijd niet luisteren, hoewel velen moeten hebben begrepen dat ik gelijk had. Het zal een kwesties van eigenbelang en geld zijn: mooie baantjes voor mensen met veel ego en een middelmatig verstand, wat ze echt niet opgeven voor het algemeen belang, ook al worden ze betaald om juist dat te behartigen. Zulk soort ongevraagde en onbetaalde adviezen doe ik de laatste twintig jaar wel een paar keer per jaar; soms met de politiek, soms met de ontwikkeling van onze samenleving of wat goed is voor ons allemaal." Alfred Daniels kijkt uit naar de maand december. Dan pakt hij weer zijn rugzak om voor enkele maanden af te reizen naar Afrika, op zoek naar nieuwe inzichten in het ontstaan en de ontwikkeling van de mensheid. Ik begrijp het leven nu wel veel dieper dan 30 jaar terug, maar het blijft een wonder en een passie om er zoveel mogelijk van te leren. ” Wie zijn reizen in Afrika wil volgen moet blijven kijken op de weblog: freddaniels.waarbenjij.nu

Actief sinds 26 Dec. 2010
Verslag gelezen: 352
Totaal aantal bezoekers 344203

Voorgaande reizen:

27 December 2010 - 15 Augustus 2023

Zuidelijk Afrika

Landen bezocht: